T.I.P. INTEGRA 8000 Instrucciones Para El Manejo página 37

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 27
Als u zich houdt aan de voor dit toestel geldende gebruiksomstandigheden en toepassingsgebieden, wordt het
gevaar op mogelijke storingen kleiner en helpt u de levensduur van uw toestel te verlengen. Schurende stoffen in
de te verpompen vloeistof - bijvoorbeeld zand - bespoedigen de slijtage en verminderen de prestatie van de
pomp.
Bij juiste handhaving is dit toestel onderhoudsvrij. Het kan eventueel raadzaam zijn het hydraulische deel te
reinigen en van sedimenten en vuil te ontdoen.
Let op dat u voor het tegenspoelen de terugslagklep verwijdert. Voor het verwijderen van hardnekkige
vervuilingen kan de pompvoet (8) worden verwijderd, door 5 schroeven (9) los te draaien. Aansluitend kunnen het
pomploopwiel (3) en het pomploopwielhuis (4) worden gereinigd. Als de vlotterschakelaar van uw pomp in
automatische modus niet meer juist functioneert, kan het zijn dat deze wordt geblokkeerd door vuile deeltjes.
In dit geval zet u de keuzehendel voor handmatige resp. automatische modus (15) op positie A (automatische
modus). Druk nu de keuzehendel (14) met lichte druk van bovenaf in positie "O" (Openen). De afdekking van de
vlotterschakelaar kunt u nu naar buiten toe wegklappen. Nadat u de vlotter (2) hebt gereinigd van eventuele
vervuilingen, handelt u in de omgekeerde volgorde om de afdekking van de vlotterschakelaar weer te bevestigen.
Om gevaar te voorkomen, mag elke andere demontage en vervanging van onderdelen uitsluitend door de
fabrikant of een gemachtigde reparatiedienst worden uitgevoerd.
Bij vorst kan water dat in de pomp is achtergebleven door bevriezing aanzienlijke schade veroorzaken. Haal
daarom bij vriesweer de pomp uit de te verpompen vloeistof en laat hem volledig leeglopen. Bewaar de pomp op
een droge, vorstveilige plek.
Ga in geval van storing eerst na of er sprake is van een bedieningsfout of een andere oorzaak die niet aan een
defect aan het toestel te wijten is - bijvoorbeeld een stroomstoring.
In de volgende lijst vindt u een aantal voorkomende gevallen van storing van het toestel, mogelijke oorzaken en
tips hoe u deze kunt oplossen. Alle genoemde maatregelen mogen uitsluitend worden uitgevoerd als de pomp
niet met het elektriciteitsnet is verbonden. Als u een storing niet zelf kunt oplossen, neem dan contact op met de
klantenservice resp. uw winkelier. Ingrijpendere reparaties mogen uitsluitend door een vakman worden
uitgevoerd. Wij wijzen er met klem op dat in geval van schade die is veroorzaakt door onvakkundige reparaties of
pogingen daartoe alle aanspraken op garantievergoeding vervallen en wij niet aansprakelijk zijn voor de daaruit
resulterende schade.
STORING
1. Toestel pompt geen vloeistof,
de motor loopt niet.
2. De motor loopt, maar het
toestel pompt geen vloeistof.
3. Het toestel stopt na een korte
bedrijfsduur met pompen, omdat
de thermische motorbeveiliging is
geactiveerd.
4. Pomp loopt met
onderbrekingen resp.
onregelmatig.
5. Het toestel pompt te weinig
water.
6. De pomp wordt in de
MOGELIJKE OORZAAK
1. Geen elektriciteitstoevoer.
2. De thermische motorbeveiliging is
geactiveerd.
3. De condensator is defect.
4. De rotor blokkeert.
5. De vlotterschakelaar blokkeert (bij
automatische bedrijfsmodus).
6. De vlotterschakelaar is defect (bij
automatische bedrijfsmodus).
1. De aanzuigopeningen zijn verstopt.
2. De drukleiding is verstopt.
3. Binnentreden van lucht in het
pomplichaam.
4. De waterstand ligt onder het min.
afzuigniveau (bij manuele bedrijfsmodus).
5. Het terugslagventiel blokkeert of is defect.
1. De stroomaansluiting is niet in
overeenstemming met de gegevens op het
typeplaatje.
2. Vaste deeltjes verstoppen de pomp of
aanzuigopening.
3. De vloeistof is te dik.
4. De temperatuur van de vloeistof is te
hoog.
5. De pomp loopt droog.
1. Zie punt 1.4.
2. Zie punt 3.3.
3. Zie punt 3.4.
4. Netspanning buiten tolerantiebereik.
5. De motor of rotor is defect.
1. Zie punt 2.1.
2. Zie punt 2.2.
3. De rotor is versleten.
1. De pomp staat niet verticaal, zodat de
5
OPLOSSING
1. Met een gekeurd apparaat controleren of
er spanning aanwezig is (neem de
veiligheidsinstructies in acht!). Controleer of
de stekker correct aangesloten is.
2. Stekker uit het stopcontact trekken,
systeem laten afkoelen, oorzaak verhelpen.
3. Neem contact op met de klantenservice.
4. Hef de blokkering van de rotor op.
5. De blokkering uit de vlotterschakelaar
verwijderen of de vlotterschakelaar reinigen.
6. Neem contact op met de klantenservice.
1. Verstopping verwijderen.
2. Verstopping verwijderen.
3. De pomp meerdere keren opnieuw starten,
zodat de lucht volledig wordt uitgestoten.
4. Let er op dat het water niet onder het min.
afzuigniveau daalt.
5. Terugslagventiel van blokkering ontdoen of
in geval van beschadiging vervangen.
1. Met een gekeurd apparaat de spanning op
de leidingen van de aansluitkabel controleren
(neem de veiligheidsinstructies in acht!).
2. Verstopping verwijderen.
3. De pomp is niet geschikt voor deze
vloeistof. Eventueel de vloeistof verdunnen.
4. Zorg ervoor dat de temperatuur van de te
verpompen vloeistof de max. toegestane
waarde niet overschrijdt.
5. Oorzaak van het drooglopen verhelpen.
1. Zie punt 1.4.
2. Zie punt 3.3.
3. Zie punt 3.4.
4. Zorg ervoor dat de netspanning
overeenkomt met de aangegeven waarde op
het typeplaatje.
5. Neem contact op met de klantenservice.
1. Zie punt 2.1.
2. Zie punt 2.2.
3. Neem contact op met de klantenservice.
1. De pomp moet verticaal worden
35

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido