NEDERLANDS
26
Gebruik van het apparaat
Drogen
1
Steek de stekker in het stopcontact.
2
Schakel het apparaat in door de gewenste luchtsnelheid te kiezen:
-
Zet de schuifknop op luchtsnelheidsstand II voor extra snel drogen.
-
Zet de schuifknop op luchtsnelheidsstand I voor het drogen van
kort haar of om uw haar te stylen.
U kunt ook de Jet-stand van de JetSET-knop gebruiken voor een
extra krachtige luchtstroom (fig. 2).
3
Schuif de temperatuurknop naar de sneldroogstand, de
haarvriendelijke droogstand of de fixeerstand.
Sneldroogstand 6
Met de sneldroogstand kunt u nat haar erg snel drogen (fig. 3).
We raden u aan de sneldroogstand alleen te gebruiken op nat haar en
de haarvriendelijke droogstand te kiezen wanneer het haar bijna droog
is om het risico van uitdroging van het haar te verminderen.
Haarvriendelijke droogstand 5
De haarvriendelijke droogstand droogt het haar op een lagere
temperatuur (fig. 4).
Fixeerstand 4
De fixeerstand fixeert het door u gecreëerde kapsel (fig. 5).
Voor een langdurig resultaat, moet u de knop in de fixeerstand zetten
en de koele luchtstroom op uw haar richten om uw kapsel te fixeren.
U kunt ook de SET-stand van de JetSET-knop gebruiken om uw
kapsel te fixeren (fig. 6).
4
Droog uw haar door borstelbewegingen met de droger te maken
op korte afstand van uw haar (fig. 7).