medi protect.4 CI Manual Del Usuario página 14

Nederlands
protect.4 CI
Functionele knie-orthese
Indicaties
• Bij rupturen van de voorste of beide
kruisbanden met bijkomende
verwondingen
• Bij geïsoleerde rupturen van de voorste
kruisband
• Bi zijbandrupturen resp.
-instabiliteiten
• N herstel van de voorste of van beide
kruisbanden
• Vor de conservatieve behandeling van
kniegewrichtsinstabiliteiten
Contra-indicaties
Momenteel niet bekend.
Scharnierinstelling
Extensiebeperkingswig (strekbeperking):
0°, 10°, 20°, 30°, 45°
Flexiebeperkingswig (buigbeperking):
0°, 60°, 75°, 90°
Immobilisatiemogelijkheid bij: 0°
De mediale (binnenzijde) en de laterale
(buitenzijde) graadinstelling moeten
altijd hetzelfde zijn.
• In uw knie-orthese zijn
extensiewiggen van 10° vooraf
geïnstalleerd. Deze bevinden zich in
het voorste gedeelte van het
orthesescharnier.
• Om de wiggen te vervangen opent u
eerst de schroeven van de
scharnierafdekking en verwijdert u het
deksel.
• Om de zilveren extensiewig te
vervangen, draait u de schroef los en
trekt u de wig er naar voren uit. De
vervangingswig vindt u in het
wiggenset met een opschrift met de
passende graadinstelling. Schuif de
nieuwe extensiewig vooraan in het
gewricht. Steek nu de schroef in de
schoefopening en draai deze vast.
• De flexiewiggen worden van achteren
gemonteerd. Kies in het wiggenset de
passende flexiewig die voorzien is van
de letter „F" en de bijbehorende
graadinstelling. Zet de wig er zo in dat
deze met de bijgevoegde schroef door
één van de openingen bevestigd kan
worden.
• Beweeg de orthesescharnieren en
controleer de stand van de wiggen.
Bevestig vervolgens de
scharnierafdekking.
Gebruiksaanwijzing
• Open alle riemen. Ga op de kant van
een stoel zitten, stroop de orthese over
het betreffende been en buig het been
in een stand van 45°. Plaats de
scharnieren zo dat het midden van de
scharnieren (extensiewiggen) zich ter
hoogte van de bovenkant van de
knieschijf bevindt. Let erop dat de
orthese daarbij niet verdraaid aan het
been zit.
• Sluit eerst de voorste onderste
onderbeenriem (riem #1) en
vervolgens de achterste bovenste
dijbeenriem (#2). Houd de knie
gebogen en druk de beide scharnieren
in de richting van de achterkant van
het been.
• Sluit nu de achterste onderste
dijbeenriem (#3). Trek de scharnieren
weer iets naar voren. Let erop dat u de
scharnieren daarbij niet voor de
zijwaartse middellijn van het been
trekt.
• Sluit nu de voorste bovenste
onderbeenriem (#4). Vervolgens de
achterste bovenste onderbeenriem
(#5) en tenslotte de voorste
dijbeenriem.
• Buig de knieën nu een paar keer en trek
de riemen in dezelfde volgorde nog
een keer vast om te voorkomen dat de
orthese gaat glijden.