Par.
Omschrijving
1.1
WERKDRUK
1.2
STERKTE VAN DE MOTOR
1.3
DRAAIRICHTING
1.4
STOPFREQUENTIE
1.5
MARGE VOOR HET STARTEN
Assist.: Deze parameter is ingegeven of berekend in de opstart-assistent.
B.S.: Basis schaal omzetter (Ingegeven in de opstart-assistent).
Par.
Omschrijving
2.01 TEMPERATUUR VAN DE MODULE
2.02 ANALOOG SIGNAAL
2.03 UREN SPANNING
2.04 UREN IN WERKING
2.05 AANTAL STARTEN
2.06 DIGITALE UITGANG 1
2.07 DIGITALE UITGANG 2
2.08 UITGANG RELAIS 1
2.09 UITGANG RELAIS 2
2.10 SOFTW.VERSIE
2.11 GECONS. VERMOGEN POMP
2.12 GECONS. VERMOGEN NET
3
.
0
1
A
A
L
A
R
M
N
A
N
G
S
-
A
E
I
N
G
S
F
3
1
0
/
0
2
/
1
6
A
A
f
s
l
u
i
t
e n
A
A
F1
1. CONFIGURATIEMENU
Programmering
Ehd.
Defect
Min.
Bar
Assist.
0.5
Amp
Assist.
0.1
0
Hz
Assist.
0.1
Bar
0.5
0.3
2. VISUALISATIE
Ehd.
ºC
Geeft de temperatuur weer van de elektronische module van de installatie.
Geeft de waarde in mA van de drukomzetter. Dit gegeven is 4 voor 0 Bar en 20 mA voor
mA
de maximumwaarde van de aangesloten omzetter.
Uren Geeft het totaal aantal uren aan dat de installatie is aangesloten op een elektriciteitsnet.
Uren Geeft het totaal aantal uren in werking (met generatie van uitgangsspanning) aan van de omvormer.
Geeft het totaal aantal starten vanaf nul weer dat de installatie heeft gerealiseerd.
Geeft aan of de digitale uitgang 1 AAN of UIT staat.
Geeft aan of de digitale uitgang 2 AAN of UIT staat.
Geeft aan of de uitgang van relais 1 AAN of UIT staat.
Geeft aan of de uitgang van relais 2 AAN of UIT staat.
Softwareversie van de installatie.
W
Onmiddellijk verbruikt vermogen aan de uitgangsklemmen naar de pomp.
W
Onmiddellijk verbruikt vermogen aan de uitgangsklemmen van de ingang van de voeding.
3. GESCHIEDENIS
Wanneer we het Geschiedenis-menu ingaan vinden we de lijst met
F
0
4
A
R
N
F
I I
waarschuwingen die zijn gegeven in onze installatie, in chronologische
P
N
N
U
N
A
G
A
A
volgorde met vermelding van de datum en het tijdstip waarop ze zijn
gegenereerd.
-
U
1
2
:
1
9
A
A
Met de pijltjes y kunnen we verder gaan of terug gaan om
de verschillende gegeven waarschuwingen die zijn gegenereerd weer
S
A
A
c
e
p
t
a
r
te geven.
Indien we op F1 drukken verlaten we dit menu.
126
Opmerkingen
Max.
B.S.
Druk die wij in het systeem willen houden.
Sterkte van de motor in Ampères. Ermee rekening
11
houdend of onze motor in drie fasen 230V of 400V
is bedraad.
We kunnen de draairichting van de motor veranderen door
1
deze parameter van 0 naar 1 of omgekeerd te wijzigen.
Het systeem stopt wanneer de omvormer een bepaalde
99.9
tijd beneden deze frequentie in werking is (zie
parameter 5.06).
Dit is de marge waarmee de druk daalt die we toestaan
3
om de pomp te starten vanaf die welke is ingegeven in
parameter 1.1.
Opmerkingen
NL