VERZORGING VAN UW MAGNETRON
MILIEU
108
1.
Neem voor het reinigen de stekker uit het
stopkontakt.
2. Zorg dat het interieur van de oven altijd schoon is.
Veeg voedselresten of gespatte vloeistofresten af met
een vochtige doek. Het gebruik van schuurmiddelen
of agressieve reiningsmiddelen wordt niet aanbevolen.
3. Maak de buitenkant van de oven schoon met een
vochtige doek. Zorg ervoor, dat er geen vocht in de
sleuven van de ventilatie kan komen om beschadiging
te voorkomen.
4. Zorg ervoor, dat het display niet nat wordt. Reinig
het met een zachte, vochtige doek. Gebruik geen
agressieve (schuur)middelen of sprays.
5. Als er in de oven condens ontstaat, veeg dit dan af
met een zachte doek. Condensvorming kan ontstaan
in zeer vochtige ruimten en betekent geen fout in de
werking van het apparaat.
6. Af en toe dient de glasplaat te worden verwijderd
en gereinigd. Was de plaat in warm water met wat
afwasmiddel of in de vaatwasmachine.
7. De draairing en de bodem van de oven dienen
regelmatig gereinigd te worden, aangezien de oven
tijdens de werking luidruchtig kan worden. Veeg de
bodem eenvoudig schoon met een mild wasmiddel,
water of een wasmiddel voor glazen ramen en droog
de bodem af. De draairing kunt u afwassen met
een wasmiddel of in de vaatwasmachine. Bij langer
gebruik kunnen de wieltjes vochtig worden, maar
dit heeft geen invloed op de werking. Zorg dat u de
draaring weer op de juiste manier terugplaatst in de
uitsparing.
8. Mogelijke onaangename geuren in de oven kunt u
verwijderen door een diepe bak voor het bereiden
van voedsel in de magnetron te vullen met water en
daarin een gesneden schil van een citroen te doen.
Droog de binnenkant van de oven na het draaien
goed af met een droge doek.
Gooi het apparaat na het verstrijken van de levensduur niet
weg met gewoon afval, maar deponeer het op een officiele
plaats voor recycling. Zo helpt u mee aan het behoud van
het milieu.