Beschermkap (7) altijd helemaal naar beneden
zwenken.
Let erop, dat de beweeglijke beschermkap (7) niet
is vastgeklemd. Deze moet vrij kunnen bewegen.
Controleer het elektrisch gereedschap op
eventuele beschadigingen.
-Voor het verdere gebruik van het elektrisch
gereedschap moeten veiligheidsvoorzieningen of
licht beschadigde onderdelen zorgvuldig worden
onderzocht op optimaal en correct functioneren.
-Beschadigde veiligheidsvoorzieningen en
onderdelen moeten door een erkende dealer
worden gerepareerd of uitgewisseld, voor zover
niets anders in de gebruiksaanwijzing is
aangegeven.
Storingen aan de machine, incl. beschermkappen
of slijpschijven moeten direct na optreden worden
gemeld. Laat de storing deskundig opheffen.
Controleer regelmatig de aansluitkabel van het
elektrisch gereedschap en laat deze, wanneer
schade wordt geconstateerd, door een erkend
vakman vervangen.
Controleer de verlengingskabels regelmatig en
vervang deze wanneer beschadigingen aanwezig
zijn.
Gebruik alleen drie-aderige verlengingskabels.
Zorg ervoor dat de handgrepen droog, schoon en
vrij van olie en vet zijn
Gebruik geen machine met te weinig vermogen
voor zware werkzaamheden.
Volg de instructies op voor smeren en vervangen
van gereedschap.
Bewaar de ongebruikte machine op een droge,
hooggelegen of afgesloten plaats, buiten het bereik
van kinderen.
Zorg ervoor dat bij het werken onder stoffige
omstandigheden de ventilatieopeningen vrij zijn.
Indien het nodig mocht zijn, stof te verwijderen,
maak dan eerst het gereedschap los van het
voedingsnet.
Bij extreme hoeveelheden optredend stof moeten
de reinigingscycli voor de machine worden verkort
en/of moet een aardlekschakelaar (FI) worden
voorgeschakeld.
Wanneer de machine door de FI-
veiligheidsschakelaar wordt uitgeschakeld, dient hij
gecontroleerd en gereinigd te worden.
Alleen door de leverancier aanbevolen slijpschijven
gebruiken, die voldoen aan de geldende
specificaties van de betreffende veiligheidsnorm
voor slijpmaterialen zoals bijv. EN 12413.
Let op! Het gebruik van ander inzetgereedschap en
andere accessoires brengt gevaar van letsel met
zich mee.
Slijpschijven moeten worden bewaard en
behandeld volgens de instructies van de
leverancier.
Draag veiligheidshandschoenen bij de
omgang met doorslijpschijven.
Bewaar de slijpschijven op een droge locatie. Bij
slijpschijven voor droog slijpen kan de sterkte door
vocht of water afnemen.
Behandel de slijpschijven voorzichtig. Bescherm de
slijpschijven tegen slaan en stoten.
Gebruik altijd toebehoren, die voldoen aan de
hierna volgende minimale eisen:
Er mogen alleen slijpschijven met kunstharsbinding
en vezelversterking worden gebruikt. Het maximale
-1
toerental (min
/tpm) van de slijpschijven mag niet
kleiner zijn dan het leeglooptoerental van de
machine.
Let op de maximale diameter voor de slijpschijven
(zie technische gegevens).
Geen slijpschijven gebruiker, die dikker zijn dan
3 mm (3/32").
Het gat van de slijpschijf moet zonder speling op de
gereedschapshouder passen. Geen adapters of
reduceerkoppen gebruiken.
Neem de opgaven van de fabrikant van het
gereedschap of de accessoires in acht!
Gebruiksaanwijzing van de slijpschijven
aanhouden.
Maak gebruik van elastische tussenlagen, wanneer
deze bij het slijpmiddel ter beschikking gesteld
worden en vereist zijn.
Behandel de onderdelen, die met de slijpschijven
verbonden zijn, bijzonder voorzichtig. Let erop dat
spindel, flens en bout niet beschadigd raken. Een
beschadiging van deze onderdelen kan breuk van
de slijpschijf tot gevolg hebben.
Controleer voor het gebruik de slijpschijf; gebruik
geen aangeslagen, gesprongen, gebroken,
onronde resp. trillende of ander soort beschadigde
slijpschijven.
Gewaarborgd moet zijn, dat gemonteerde
slijpschijven conform de specificaties van de
leverancier zijn ingebouwd.
Zorg ervoor, dat de slijpschijven voor gebruik
correct zijn aangebracht en bevestigd en schakel
de machine 30 s in een veilige positie in; machine
direct uitschakelen wanneer sterke trillingen of
andere storingen optreden. Indien dat gebeurt,
onderzoek dan de machine teneinde de oorzaak te
bepalen.
Wanneer de slijpschijf tot op de slijtgrens (1/3 van
de buitendiameter) is afgesleten, moet deze
worden vervangen.
Voordat er instellingen of
onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd worden de
stekker uit het stopcontact halen.
De slijpschijf draait nog na, nadat de machine is
uitgeschakeld.
Asvergrendeling (8) alleen bij stilstaande motor
indrukken.
NEDERLANDS nl
25