Handleiding
Inschakelen
Nadat u de netstroomadapter heeft aangesloten,
verschijnt gedurende enkele seconden het getal 78
en doorloopt de computer een self-test.
Gelieve vervolgens uw computer te initialiseren door
de datum en uur in te geven. Eerst geeft u het jaartal
in met de up/down draaitoets, druk op MODE om te
bevestigen. Geef op dezelfde manier de maand, dag,
uur en minuten in.
Personalisatie
Vervolgens verschijnt U1 (gebruiker 1)op het scherm.
Met de draaitoets selecteert u U1 tot U4. Geef uw
persoonlijke gegevens in en bevestig via de MODE
toets.
Het scherm toont vervolgens MAN , PROGR, USER,
HRC en WATT. Maak uw selectie via de draaitoets
Up/down en bevestig de instelling via de toets
"MODE".
Functie toetsen
MODE
Om de verschillende functies te
selecteren en te bevestigen.
ST/STOP
Om een oefensessie aan te vangen
of stop te zetten.
RECOVERY
Weergave van de
hartslagrecuperatie. Duw op deze
knop na het beëindigen van de
trainingssessie, en hou vervolgens
beide sensoren stevig vast, of draag
de optionele hartslagzender. Na
verloop van 60 seconden wordt de
recovery rate weergegeven met
symbool F1 t/m F6.
F1 duidt op een snelle recuperatie;
F6 op een trage recuperatie.
(Druk opnieuw op de recovery toets
om terug te keren naar het
hoofdmenu)
RESET
Om het scherm te wissen en alle
waarden te herleiden naar nul.