Aan de slag:
Verwijder het deksel van de batterijhouder van het basisstation en
plaats 2 x AA-batterijen. Sluit het klepje van de batterijhouder weer.
De batterijhouder (D4) van de temperatuursensor bevindt zich aan de
achterkant. Plaats 2 x AAA-batterijen en let op de juiste polariteit
[markeringen "+" en "–"] en sluit het deksel van de batterijhouder.
Plaats het basisstation stevig op een vlak ondervlak.
De afstandssensor moet stevig op een horizontaal oppervlak worden
gemonteerd.
Opmerking: De overdracht tussen ontvanger (station) en zender (sensor)
heeft een bereik tot 60 m in een open ruimte. In open ruimtes zijn er geen
storende obstakels zoals gebouwen, bomen, voertuigen,
hoogspanningslijnen, enz.
Functie weersverwachting
Bediening
Nadat de batterijen zijn geplaatst of de toets "WEATHER" (B7)
gedurende 3 seconden is ingedrukt, knippert het weericoontje op het
LCD-display. Voer het huidige weer in door op de toets "▼" of "▲" te
drukken. Druk op de toets "WEATHER" om de instelling te bevestigen.
De weersverwachting is mogelijk niet nauwkeurig als het ingevoerde
NL5