Alarmen
Omgevingstoestand
Stand-bymodus 2
3 seconden ingedrukt hou-
den om gebruikersmenucon-
figuratie te openen.
5 seconden ingedrukt
houden om de installa-
teursmenuconfiguratie
te openen.
Sensorstoring
Drukken om te zien welke
sensor defect is.
Drukken om te zien welke
sensor defect is.
Storing condensorsensor
De DRC1 gaat naar stand-bymodus 2 wanneer de omgevingsomstandigheden buiten het
bedrijfsbereik liggen.
De display toont de temperatuur- en Rh-waarde wanneer de unit in stand-bymodus 1 staat.
Deze toestand wordt pas verholpen wanneer de omgevingstemperatuur (abt) of
omgevingsluchtvochtigheid (abrh) binnen het bereik ligt, en kan niet worden opgeheven.
U kunt de menuconfiguratie openen om setpointwaarden te wijzigen – uitsluitend in deze
situatie.
In de menuconfiguratie gaat het alarmpictogram uit en wordt op de informatieregel de
setpointwaarde weergegeven in plaats van de code "Abt/Abrh".
De ontvochtiger is gestopt omdat er een sensorstoring is gedetecteerd .
Een sensorstoringsalarm kan niet worden opgeheven vanuit de DRC1 .
Kijk met behulp van de knop OMHOOG of OMLAAG welke sensor(s) defect is/zijn .
Als alle sensors defect zijn, worden deze codes weergegeven in de volgende volgorde:
"COnd"
"EVAP"
"RH/T"
U kunt niet de menuconfiguratie openen om setpointwaarden te wijzigen .
Als de condensorsensor defect is, wordt de code "COnd" weergegeven als u op OMHOOG of
OMLAAG drukt wanneer op het scherm de sensorstoringscode "SEnS" wordt weergegeven .
Als er 10 seconden lang op geen van de knoppen wordt gedrukt, wordt op het scherm weer
"SEnS" weergegeven .
U kunt niet de menuconfiguratie openen om een setpoint te wijzigen .
NL
91