Werkinstructies
Opgelet: gevaar voor verwondin-
gen!
• Maai geen vochtig of nat gras.
• Controleer eerst of de spoel niet
in contact is met stenen, kiezel-
zand of andere vreemde voor-
werpen voordat u het apparaat
inschakelt.
• Schakel het apparaat aan al-
vorens u het te maaien gras
nadert.
• Vermijdt overbelasting van het
apparaat tijdens het werken.
• Vermijdt aanraking met hinder-
nissen (stenen, muren, houten
schuttingen enz.). Hierbij verslijt
de draad snel. Dit doet de nylon
draad van de draadspoel name-
lijk snel verslijten.
• Vermijd het gebruik van de
machine bij slecht weer, vooral
wanneer er een risico op blikse-
minslag bestaat!
Gras maaien
een hoek van ca. 30° naar voren. Maai
lang gras in lagen van boven naar onder.
Maai het gras door
het apparaat naar
rechts en links te
bewegen. Maai
langzaam en houdt
het apparaat tij-
dens het maaien in
Trimmen van
gazonkanten
Instellingen voor trimmen van graskan-
ten:
Om graskanten te trimmen, beweegt u het
apparaat langzaam lang de graskanten.
•
Handgreep: 180° (zie
•
Maaihoekstand 5 (zie
•
Afstandsbeugel in parkeerstand
Reiniging en onderhoud
Waarschuwing! Risico op licha-
melijk letsel door bewegende
gevaarlijke onderdelen!
Laat reparatiewerken en onder-
houdswerkzaamheden, die niet in
deze handleiding beschreven zijn,
door ons servicecenter doorvoe-
ren. Gebruik uitsluitend originele
onderdelen. Gevaar voor verwon-
dingen!
Schakel het apparaat uit en verwij-
der vóór alle werkzaamheden de
accu uit het apparaat.
Voer volgende reinigings- en onderhouds-
werkzaamheden regelmatig door. Daar-
door is een lang en gebruikbaar gebruik
gegarandeerd.
Reiniging
Het water mag noch met water
afgespoten, noch in water gelegd
worden. Het gevaar voor een
elektrische schok bestaat!
•
Houd ventilatiesleuven, motorhuis en
handgrepen van het apparaat netjes.
Gebruik daarvoor een vochtig doekje
of een borstel.
NL
)
)
49