Apparaatbeschrijving (zie afbeelding F)
1
Meetpunt -
2
Meetpunt +
3
Zaklamp
4
Leds voor
spanningsweergave
5
Led voor eenpolige
fasetest
6
Spanningswaarschuwing
> 50 V
7
Led voor draaiveld
links / rechts
2
Functietest / zelftest
• Test de spanningtester op bekende spanningsbronnen
• Verbind de meetpunten (1) en (2). De led voor de door-
gangstest (8) brandt en een signaal klinkt.
• Druk daarvoor op de toets ‚AUTOTEST'. In geval van een
succesvolle test branden alle leds (4) evenals de led voor
de doorgangstest (8) en klinkt een signaal.
3
Spanningstest
!
Om te voldoen aan veiligheidsklasse CAT III 1.000 V resp.
CAT IV 600 V moeten de bijgeleverde veiligheidskappen
(14) op de meetpunten worden gestoken.
• De spanningtester is vanaf een spanning van 12 V
automatisch actief en geeft de gemeten spanning
aan door middel van de dienovereenkomstige led (4).
ActiveMaster
8
Led voor doorgang
9
Zelftest
10
Zaklamp aan / uit
11
Batterijvakje
12
Led voor + DC-spanning
13
Led voor -DC-spanning
12 + 13
Led voor AC-spanning
14
Beschermkappen voor
CAT III 1.000 V / CAT IV
600 V
Neem het basisapparaat
(+) in de rechterhand en
de tweede testpunt (-) in
de linkerhand. Beweeg nu
de meetpunt naar de
te controleren kabel (bijv.
leiding, contactdoos, enz.).
19
NL