Toepassingsomstandigheden
Bedrijfsvoorwaarden
►
verwarmingsinstallaties conform DIN 18380
"VOB toekennings- en contractprocedures
voor bouwprojecten" aanhouden.
Waterkwaliteit conform VDI 2035 "Voor-
►
komen van schade in warmwaterverwar-
mingsinstallaties" aanhouden.
Toepassingsgrenzen in vochtige ruimten
►
conform DIN 55900 "coating voor kamer-
radiatoren" aanhouden.
Radiator alleen in gesloten verwarmingssy-
►
stemen inzetten.
Radiatoren uitsluitend in de beschermende
►
verpakking opslaan en transporteren.
►
Minimale afstanden tussen radiator en
naastgelegen delen voor luchtcirculatie
aanhouden: 50 mm.
Bij aanvullende elektrisch verwarmen:
Veiligheidszones conform DIN VDE 0100-
►
701 aanhouden. Bovendien alle plaatselijke
voorschriften aanhouden.
►
Verwarmingselement alleen op de toegela-
ten spanning aansluiten (zie typeplaat).
Klachten
Contact opnemen met de leverancier.
►
Verwijderen van afval
Hergebruik de verpakking en onnodige
►
onderdelen of verwijder deze volgens de
voorschriften. Houd rekening met de plaat-
selijke bepalingen.
Technische kenmerken
•
Bedrijfsdruk: max. 6 bar
•
Testdruk: 7,8 bar
•
Aanvoertemperatuur:
–
Heet water tot 110° C (230 °F)
–
Bij aanvullend elektrisch verwarmen tot
80 °C
•
Elektrische aansluiting (bij aanvullend elek-
trisch verwarmen):
–
Verwarmingselement rechts- of linkson-
der in de radiator voorgemonteerd
–
Aansluiting via elektroset
voor
warmwater-
Montage
Radiator met gemonteerd verwarmingsele-
ment (IDN11) zodanig afstellen, dat de kabel
niet geknikt of beschadigd raakt.
Voorbereidende werkzaamheden (zie
afb. 1–9)
Bij aanvullend elektrisch verwarmen waar-
►
borgen, dat binnen het bereik van de ka-
bel een conform de voorschriften geïnstal-
leerde contactdoos (230 V, zekering 16 A)
aanwezig is.
Controleer de levering op volledigheid en
►
schade.
Benodigd gereedschap klaar leggen.
►
Beschermende verpakking voor montage
►
uitsluitend bij de bevestigings- en aansluit-
punten verwijderen.
De ontluchtingsplug inschroeven.
►
Lange bevestigingsschroeven in de boven-
►
ste moffen schroeven en vastzetten.
►
Afstandsbouten in de onderste mof schroe-
ven en vastdraaien.
►
Bij aanvullende elektrisch verwarmen:
–
Verwarmingselement uitschroeven.
–
Aan de zijde, waar het verwarmingsele-
ment moet worden gemonteerd, het T-
stuk inschroeven.
–
Verwarmingselement inschroeven en
met een aandraaimoment van 20 Nm
vastdraaien.
Eventueel de meegeleverde accessoires, bij-
►
voorbeeld handdoekstang, monteren (zie
afzonderlijke handleiding).
Bovenste bevestigingen monteren (zie
afb. 10–13)
Boorpunten aantekenen (zie afb. A).
►
Gaten boren en pluggen plaatsen.
►
Op de wandhouders de borgschroeven uit-
►
schroeven en de houders uittrekken.
Wandhouder met inbusbouten vastschroe-
►
ven. Let daarbij op de positie van de boring.
Houders in de wandhouder plaatse. Let
►
daarbij op de positie van de openingen.
Houders met de borgschroeven slechts
►
handvast aandraaien. Zo kunnen de hou-
ders bij het uitlijnen nog worden verscho-
ven.
21