Gebruik Van De Interne Batterijen Met B70/2Ml; Zekeringen En Signaleringen; Bedrijfsmodus; Test - Roger Technology B71/BC Serie Manual De Instrucciones

van de klem POWER IN van de besturingseenheid, en
sluit ze aan op klem I van de batterijlader.
• Sluit de rood-zwarte kabel van de bedrading L,
geleverd bij de batterij, aan op de klem POWER IN M
van de besturingseenheid.
• Sluit de bedekking H aan en bevestig ze met de
schroeven.
• Positioneer de batterijen van 12V dc 1,2 Ah in de
voorziene zitting, en let op voor de polariteiten.
• Sluit de bovenste bedekking G.
4.4
Gebruik van de interne batterijen
met B70/2ML
Om de acculader op de motor AYRON te installeren, is
het nodig om de rode en zwarte kabel met faston op de
basis van het laswerk door te knippen, aangezien ze niet
worden gebruikt en niet in de zitting op de motor kunnen
worden opgeborgen (zie afbeelding 7).
De installatie van de batterijlader moet uitgevoerd
worden op MOTOR 1, die ook de transformator en de
besturingseenheid bevat, terwijl de twee batterijen 12Vdc
1200mAh aan boord van MOTOR 2 worden geïnstalleerd.
Koppel de secundaire van de transformator los van de
besturingseenheid B70/2ML en sluit hem aan op de
klemmen 1 en 2 van de batterijlader; sluit de uitgang
van de batterijlader (klemmen 6 en 7) aan op de
voedingsklemmen van de besturingseenheid B70/2ML
(zie afbeelding 8).
De aansluiting op de batterijen wordt uitgevoerd via een
zekering F4 (zie afbeelding 9). Blokkeer de batterijen op
hun houder via een bijgeleverde klemband.
4.5
Gebruik van de externe batterijen met
B70/2ML
Als 2 externe batterijen van 12Vdc 4500mAh (B71/BC/
EXT) worden gebruikt, wordt verwezen naar afbeelding 4.
De batterijlader moet gemonteerd worden – bevestigd
in zijn houder – in de box van de besturingseenheid
B70/2ML/BOX; de batterijen moeten bevestigd worden
in de houder (code BAT/BOX) en moeten aangesloten
worden op het laadcircuit via een kabel met diameter
1,5mm2 die maximum 3 meter lang is.
Sluit de uitgaande kabel aan op klem 3 van de
beschermingszekering geïntegreerd in de houder
(afbeelding 4, detail A): de positief van de batterij is zo
in serie geschakeld met de zekering. Sluit de kabel die uit
klem 4 komt aan op de naastgelegen positie (negatief
batterij).
De twee plaatsen die zijn aangeduid met "BR" moeten
onderling verbonden worden met een druppel tin (zie
afbeelding 4).
LET OP! De interne batterijen moeten losgekoppeld
38
5

Zekeringen en signaleringen

De beschermingszekering en de signaleringsleds van de
status worden aangeduid in afbeelding 2.
F1 zekering 5x20 10A vertraagd (T10A)
DL1 rode LED "batterij omgekeerd"
DL2 gele LED "batterij wordt opgeladen"
DL3 groene LED "netspanning ingeschakeld"
6

Bedrijfsmodus

HANDHAVING
Als de netspanning aanwezig is (groene LED "DL3" aan),
levert het circuit een minimum stroom aan de batterij die
de optimale lading ervan handhaaft.
LADING
Wordt uitgevoerd in aanwezigheid van netspanning
(groene LED "DL3" aan) als de batterij dit vraagt, en wordt
aangeduid door het oplichten van de gele LED "DL2". De
maximum stroom geleverd tijdens het laden is verbonden
met de instelling uitgevoerd op de overbrugging "BR"
(afbeelding 4, zie de tabel met de technische kenmerken).
OPMERKING: Als de al geladen batterij wordt
losgekoppeld en ze opnieuw na enkele minuten wordt
aangesloten, is het mogelijk dat de gele LED oplicht, die
kort erna zal uitgaan.
LOSKOPPELING
Als de batterij tijdens afwezigheid van netspanning
ontlaadt tot het niveau van de zelfbescherming (zie
de technische kenmerken), koppelt de batterijlader ze
automatisch los van de besturingseenheid om schade
te voorkomen die te wijten is aan overmatige ontlading.
Let op voor lange periodes van afwezigheid van de
netstroom, omdat er dan toch een minimale ontlading
zal zijn die op lange termijn kan leiden tot schade aan de
batterij. Daarom moet u, als u opzettelijk de voeding van
de besturingseenheid voor periodes langer dan vijftien
dagen loskoppelt, ook de batterij van het laadcircuit
loskoppelen (koppel de positieve pool los, rode draad)
BATTERIJ OMGEKEERD
De rode LED "DL1" licht op, het circuit is in thermische
beveiliging gesteld; ga snel te werk om de verbindingsfout
op te lossen.
7

Test

Schakel de netspanning uit en controleer de werking van
zijn. de batterij.