• Duw de zaagkop (24) naar beneden om de vergrendelknop (22) uit te
kunnen trekken en de zaagkop (fig. A2) omhoog te zetten.
• Plaats de schroeven (40) en onderlegringen (41) in de gaten (39) zoals
aangeven om het inzetstuk voor de parallelaanslag (fig. C) te monteren.
Kabelklem (fig. D)
• Steek de kabel (42) in de kabelklem (43). Zorg ervoor dat er voldoende
snoerlengte vrij is om de trekkende zaagbeweging over de volle lengte
mogelijk te maken.
Werkbankmontage (fig. E)
Plaats de machine op een vlak en stabiel oppervlak. De aanbevolen
werkhoogte is 700 tot 750 mm.
• Steek de twee slotbouten (45) in de twee gaten (21).
• Zet de bouten stevig vast zodat de machine niet kan bewegen.
Monteren van het zaagblad (fig. A1, F1 & F2)
De tanden van een nieuw blad zijn erg scherp en kunnen erg
gevaarlijk zijn.
• Druk de spindelvergrendeling (44) in en draai de spindel met de hand,
totdat de spindel wordt geblokkeerd. Houd de vergrendeling ingedrukt
om te voorkomen dat het zaagblad gaat draaien (fig. F1).
• Draai de borgbout van het zaagblad (6) los door de 6 mm Inbussleutel
rechtsom te draaien. Verwijder de borgbout van het zaagblad (6),
de ring en de buitenflens (5) (fig. A1).
• Druk de ontgrendeling van de onderste beschermkap en de zaagkop (2)
in om de onderste beschermkap (7) op te lichten en het zaagblad (45)
(fig. F2) te verwijderen.
• Plaats het nieuwe zaagblad (45) op de kraag (46) van de binnenflens (47).
Zorg er hierbij voor dat de tanden aan de onderzijde van het zaagblad in
de richting van de achterkant van de zaag, dus van de gebruiker vandaan
wijzen (fig. F2).
• Plaats de buitenflens (5) terug en zorg ervoor dat de positioneringsnokken
(48) goed aan weerszijden van de motor vastklikken.
• Draai de borgbout van het zaagblad (6) vast door deze linksom te
draaien. Houd hierbij de spindelvergrendeling (44) ingedrukt met uw
andere hand (fig. F1).
Druk nooit op de spindelvergrendeling terwijl het zaagblad draait.
Instellen
Haal voor het instellen altijd de stekker uit het stopcontact.
Deze verstekzaagmachine is in de fabriek nauwkeurig afgesteld. Als zij als
gevolg van het transport of om andere redenen toch opnieuw moet
worden afgesteld, dient dit te gebeuren zoals hieronder beschreven.
De instelling zou nu niet meer moeten verlopen.
Instellen van de dwarsstangen voor een constante zaagdiepte
(fig. A2, F1, G1 & G2)
Het blad moet een constante zaagdiepte hebben over de gehele lengte
van de tafel en het blad mag de vaste tafel aan het eind van de sleuf of
aan de voorkant van de draaiarm niet raken. Hiervoor moeten de
dwarsstangen volledig parallel met de tafel zijn wanneer de zaagkop
ingedrukt is.
• Druk de ontgrendeling van de onderste beschermkap en de zaagkop (2)
(fig. F1) in.
• Duw de zaagkop helemaal naar de achterste stand en meet de hoogte
van de draaitafel (13) tot de onderkant van de buitenflens (5) (fig. G1).
• Druk op het ontgrendelsymbool van de zaagkop-dwarsvergrendeling (17)
(fig. A2).
47
• Houd de zaagkop ingedrukt en trek de kop naar het eind van zijn
beweging.
• Meet de hoogte die aangegeven is in figuur G1 opnieuw.
De beide waarden moeten gelijk zijn.
• Het afstellen geschiedt als volgt:
• Draai de borgmoer (49) in de beugel (50) onder de bovenste
stofafzuigadapter (16) los en stel de schroef (51) bij. Doe dit in kleine
stapjes (fig. G2).
• Draai de borgmoer vast (49).
Controleer altijd of het zaagblad de tafel aan het eind van de
sleuf of aan de voorkant van de draaiarm bij 90° haakse en 45°
afschuinposities niet raakt. Schakel de machine niet IN voordat
u dit heeft gecontroleerd!
Controleren en afstellen van het zaagblad ten opzichte van de
parallelaanslag (fig. A2, H1 - H4)
• Draai de verstekklemknop (12) los door deze linksom te draaien (fig. H1)
• Trek de kop naar beneden en vergrendel hem in deze stand met
behulp van de vergrendelknop (22) (fig. A2).
• Licht de verstekzoeker (11) omhoog en draai de kop totdat de
verstekzoeker in de 0° valt. Zet de klemknop niet vast (12) (fig. H1).
• Nu moeten de beide 0° merkstrepen (52) op schaal (14) net zichtbaar
zijn (fig. H2).
• Plaats een winkelhaak (53) tegen de linkerkant van de parallelaanslag (15)
en het zaagblad (45) (fig. H3).
Laat de winkelhaak niet in aanraking komen met de tanden
van het zaagblad.
• Als het zaagblad niet exact 90° ten opzichte van de parallelaanslag staat:
• Draai de twee schroeven los (53) en beweeg de verstekschaal/zaagkop-
constructie naar links of rechts tot het zaagblad haaks ten opzichte van
de parallelaanslag staat, gecontroleerd met de winkelhaak (fig. H4).
• Draai de verstekklemknop (12) (fig. H1) vast.
• Draai de twee schroeven vast (53) (fig. H4).
Zorg ervoor dat de achterkant van de verstekschaal altijd in
contact blijft met de twee positioneringsnokken (54).
Controleren en afstellen van het zaagblad ten opzichte van de tafel
(fig. A2, J1 - J3)
• Zorg ervoor dat de zaagkop is geblokkeerd in de 0° verstekstand.
• Zet de afschuinklemhendel (19) vrij door deze naar beneden te duwen
(fig. A2).
• Duw de zaagkop naar rechts om te controleren of hij helemaal verticaal
is en zet de afschuinklemhendel (19) vast.
• Plaats een winkelhaak (53) op de tafel en tegen het zaagblad (45) (fig. J1).
Laat de winkelhaak niet in aanraking komen met de tanden
van het zaagblad.
• Het afstellen geschiedt als volgt:
• Draai de afschuinklemhendel los (19) (fig. A2).
• Gebruik een inbussleutel om de schroef (55) zover als nodig bij te
stellen (fig. J2).
• Controleer of the afschuinindicator (56) 0° op de afschuinschaal (20)
aangeeft (fig. J3).
• Zo niet, draai dan de twee schroeven (57) los en verschuif de schaal (20)
zover als nodig is en draai de twee schroeven vast.
Controleren en afstellen van de afschuinhoek (fig. J3, K1 & K2)
Uw zaagmachine is voorzien van een hendel met geribbeld uiteinde (58)
voor instellen van de afschuinhoek waarmee de vaste stand naar behoefte
kan worden ingesteld op 45° of 48° (fig. K1).
N E D E R L A N D S
nl - 4