nEDERLanDs
De accu uit het gereedschap halen
1. Druk op de accu-ontgrendelknop
uit de handgreep van het gereedschap (Afb. B).
2. Zet de accu in de lader zoals wordt beschreven in het
ladergedeelte van deze handleiding.
Vermogenmeter (Afb. B)
Er zijn D
WALT-accu's met een vermogenmeter en deze bestaat
e
uit drie groene LED-lampjes die een aanduiding geven van de
hoeveelheid lading die de accu nog heeft.
U kunt de vermogenmeter inschakelen door de knop van
de vermogenmeter
15
in te drukken. Een combinatie van
de drie groene LED-lampjes gaat branden en dat geeft een
aanduiding van de hoeveelheid lading die de accu nog heeft.
Wanneer de lading in de accu onder het bruikbare niveau
ligt, gaat de vermogenmeter niet branden en moet de accu
worden opgeladen.
OPMERkIng: De brandstofmeter geeft slechts een indicatie
van de hoeveelheid lading die de accu nog heeft. De meter
geeft geen aanwijzingen over de functionaliteit van het
gereedschap en is onderhevig aan schommelingen afhankelijk
van productcomponenten, temperatuur en de toepassing door
de eindgebruiker.
De stang monteren (Afb. A, C)
1. U kunt de stang monteren door het gat
trimmerstang
8
tegenover de pen
te houden
9
.
2. Trek de pen uit en schuif de onderste trimmerstang in
de bovenste trimmerstang
Afbeelding C.
3. Laat de pen los en controleer dat de pen geheel ingrijpt in
het gat.
4. Zet de stangen stevig vast door de vleugelmoer
te draaien.
De hulphandgreep bevestigen (Afb. A, D)
1. Plaats de hulphandgreep
5
7
boven het label dat in het midden van de stam
is geplaatst.
2. Schuif de beugel
van de hulphandgreep onder in
19
de handgreep.
3. Draai de bouten
20
door de beugel en in de handgreep.
4. Zet de bouten van de handgreep vast met de steeksleutel
17
. Controleer dat de handgreep stevig vast zit.
Als u de montage moet aanpassen, draai dan de bouten van de
handgreep los en schuif de hulphandgreep omhoog of omlaag
langs de trimmerstang. Zet vervolgens de bouten weer vast.
82
14
en trek de accu stevig
in de onderste
16
17
op de stangbeugel
, zoals wordt getoond in
7
18
vast
op de bovenste trimmerstang
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING:
altijd aan de veiligheidsinstructies en van toepassing
zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING:
op ernstig persoonlijk letsel te verminderen, zet
u het gereedschap uit en ontkoppelt u de accu,
voordat u enige aanpassing maakt of hulpstukken
of accessoires verwijdert/installeert. Het onbedoeld
opstarten kan letsel veroorzaken.
Juiste positie van de handen (Afb. A, E)
WAARSCHUWING:
ernstig persoonlijk letsel te verminderen, dient u ALTIJD de
handen in de juiste positie te hebben, zoals afgebeeld.
WAARSCHUWING:
risico op ernstig persoonlijk letsel, houd het gereedschap
ALTIJD stevig vast, zodat u bent voorbereid op een
plotselinge terugslag.
Voor een juiste positie van de handen zet u één hand op de
handgreep
3
en de andere hand op de hulphandgreep
Inschakelen (Afb. A)
U schakelt het apparaat in door de nok
in de uit-stand naar voren te duwen, de hendel
vergrendeling in de uit-stand in te knijpen, en vervolgens de
schakelaar voor variabele snelheid
U schakelt het apparaat uit door de schakelaar voor variabele
snelheid, de hendel voor vergrendeling in de uit-stand en de
nok los te laten.
Schakelaar snelheidsregeling (Afb. A)
Deze trimmer biedt u de keuze om aan een meer gematigde
snelheid te werken om de werkingsduur te verlengen voor
grotere opdrachten of om de trimmersnelheid te verhogen voor
krachtige trimwerkzaamheden.
Om de werkingsduur te verlengen, duwt u de schakelaar
voor de snelheidsregeling
4
naar voren in de richting van de
hulphandgreep
5
in de 'LO'-stand. Deze stand is het meest
geschikt voor grotere opdrachten die meer tijd in beslag nemen.
Om de trimmer te versnellen, duwt u de schakelaar voor
de snelheidsregeling naar achteren in de richting van de
accubehuizing
12
in de 'HI'-stand. Deze stand is het meest
geschikt om hogere gewassen te trimmen en voor toepassingen
die een groter toerental vereisen.
OPMERkIng: In de 'HI'-stand zal de werkingsduur korter zijn
dan wanneer de trimmer in de 'LO'-stand staat.
Houd u
Om het gevaar
Om het risico op
Beperk het
5
.
32
voor vergrendeling
2
voor
1
in te knijpen.