Risico's ten opzichte van het terrein :
- Wanneer men zich op een sterk hellend stuk grond bevindt : bij het naar boven gaan zou de machine zich kunnen omke-
ren indien de operator komt te vallen. Bij het dalen zou de machine op hol kunnen slaan indien de operator valt. Nooit ont-
ginnen naar beneden of naar boven toe op de helling maar altijd in de dwarsrichting.
- Wanneer het terrein vol ligt met natuurlijke obstakels of andere voorwerpen die men daar heeft gedumpt : rotsen, ronde ste-
nen, boomstronken, flessen, paaltjes evenals allerlei andere soorten voorwerpen ; al deze voorwerpen kunnen in gevaar-
lijke projectielen veranderd worden en de messen zwaar beschadigen, men moet ze dus vermijden
De ontginningsmaaier nooit gebruiken indien de beschermingsplaten van de carters beschadigd zijn of indien de veiligheidsinrich-
ting niet naar behoren geplaatst is.
Verander nooit de afstelling van de snelheidsregelaar van de motor en laat de motor nooit op een te hoog toerental draaien, dit
verhoogt het risico van ongevallen.
Bij alle ontginningswerkzaamheden een geluiddempende helm dragen of oorbeschermers.
Voor de machine achter te laten :
a) het mes ontkoppelen
b) de motor stoppen
Niet rijden over grindpaden, op een lemen vloer en in het algemeen de machine nooit van de ene naar de andere plaats rijden met
een gekoppeld mes.
Geen ontginningswerkzaamheden verrichten op de volgende plaatsen :
a) Tegenover bewoonde wijken
b) In de buurt van plaatsen waar veel mensen langs komen
c) Tegenover parkeerruimtes.`
Laat personen die niet op de hoogte zijn van de gebruiksinstructies nooit de machine gebruiken.
Op hellingen met nat gras moet men erop letten dat men niet uitglijdt.
Nooit de machine naar u toe trekken bij het ontginnen.
Voor ieder vervoer anders dan middels zijn eigen voortdrijving moet de motor stilgezet worden.
SPECIAAL ONDERHOUD
VERPLICHT DE GARANTIE VERVALT indien men niet voor elk gebruik controleert of het aanzuiggedeelte voor de koeling
en de motorcilinder volledig schoon zijn.
De motor
Zie bijgesloten onderhoudshandleiding.
De ontginningsmaaier
Na elk gebruik de beschermkap van het snijmechanisme en de motorkap schoonmaken. Controleer het snijmes. Deze dient
altijd goed geslepen te zijn, zodat u het beste snijresultaat en een optimaal rendement van uw machine verkrijgt.
Opgelet: als u het snijmes slijpt, erop toezien dat dit perfect gelijkmatig gebeurt. Iedere 25 gebruiksuren de kogellagers en
assen van de voor- en achterwielen smeren. Controleer regelmatig of alle bouten en schroeven vast aangedraaid zijn.
Reductor kast
Het oliepeil op zijn minst om de 100 uur controleren. Nodige peil 25 millimeter ten opzichte van de bovenste rand na de dop.
Kwaliteit olie SAE 10W-30 Klasse SG of SF.
MONTAGE VAN DE STUURSTANG
- De stuurstang omdraaien, hierbij erop letten dat men de kabels niet beschadigd. De stuurs-
tang in de machine laten zakken en vastzetten met behulp van de 2 bouten 10X20 (nr 1).
1
1
- 14 -
2
3
NL