NEDERLANDS
De stand van de tweede greep aanpassen (fig. D)
De tweede greep (5) kan worden aangepast voor de beste
balans en gebruiksgemak.
Druk op de verstelknop (6) aan de linkerkant van de
u
greep.
Draai de tweede greep (5) in de vereiste stand.
u
Laat de verstelknop (6) los.
u
Waarschuwing! Zorg dat de tanden op de knop juist zijn
uitgelijnd met de sleuven in de greep en dat de greep goed
vast zit.
De hoogte van het gereedschap instellen (fig. E en
F)
Dit gereedschap heeft een telescopisch mechanisme waar-
mee u het kunt instellen op een comfortabele werkhoogte. Er
zijn meerdere hoogte-instellingen.
Stel als volgt de hoogte in:
Open de vergrendelinghendel voor hoogteafstelling (16).
u
Schuif de buis (7) voorzichtig in en uit tot deze de gewen-
u
ste lengte heeft.
Sluit de vergrendelinghendel voor hoogteafstelling (16).
u
De snijdraad losmaken
Tijdens transport is de snijdraad aan de spoelbehuizing
bevestigd met tape.
Waarschuwing! Verwijder de accu uit het gereedschap
voordat u met de montage begint.
Verwijder de tape waarmee de snijdraad aan de spoelbe-
u
huizing (12) is bevestigd.
De spoel niet wordt gebruikt opslaan (fig. G)
Het apparaat heeft twee snijsystemen:
AFS: Automatisch verlangen van enkele draad voor licht
u
bijsnijden en randen trimmen.
HDL: Snijsysteem met dubbele lijn voor zwaar gebruik in
u
overwoekerde gebieden.
Opmerking: De HDL-spoel mag uitsluitend worden gebruikt
voor snoeien.
Het snijsysteem dat u niet gebruikt, kunt u deze in de houder
voor extra spoel opbergen (alleen GL8033 en GL9035).
Breng de lipjes (17) op de spoelkap op één lijn met de
u
uitsparingen (18) in de houder voor een extra spoel (8).
Druk de kap op de houder voor de extra spoel totdat deze
u
stevig vastklikt.
Aansluiting van het apparaat op de netspanning
(fig. H)
Sluit de contrastekker van een geschikt verlengsnoer aan
u
op de stekkerbus (4).
Steek het snoer door de snoerhouder (3).
u
Sluit de netstekker aan op de netspanning.
u
Voor apparaten met een vaste kabel: Controleer of het snoer
door de snoerklem is gestoken voordat u de stekker in het
stopcontact steekt.
Waarschuwing! Het verlengsnoer moet geschikt zijn voor
gebruik buitenshuis.
Gebruik van het apparaat
Waarschuwing! Laat het gereedschap in zijn eigen tempo
38
(Vertaling van de originele instructies)
werken. Niet overbelasten.
Het gereedschap instellen op snoeien of
randafwerking (fig. I en J)
Het gereedschap kan worden gebruikt voor snoeien, zoals
weergegeven in fig. I, of voor randafwerking om overhangend
gras te snoeien langs gazonranden en bloemperken, zoals
weergegeven in fig. J.
Snoeien (fig. I)
Voor snoeien moet de snoeikop zich bevinden in de stand die
wordt weergegeven in fig. I. Doe het volgende wanneer dit
niet het geval is:
Open de vergrendelinghendel voor hoogteafstelling (16).
u
Draai de buis (7) rechtsom.
u
Als de kop zich in de juiste positie bevindt, sluit u de
u
vergrendelinghendel voor hoogteafstelling (16).
Opmerking: De buis draait slechts in één richting.
Opmerking: De HDL-spoel mag worden gebruikt voor
snoeien.
Randafwerking (fig. J)
Voor randafwerking moet de snoeikop zich bevinden in de
stand die wordt weergegeven in fig. J. Doe het volgende wan-
neer dit niet het geval is:
Open de vergrendelinghendel voor hoogteafstelling (16).
u
Draai de buis (7) linksom.
u
Als de kop zich in de juiste positie bevindt, sluit u de
u
vergrendelinghendel voor hoogteafstelling (16).
Opmerking: De buis draait slechts in één richting.
In- en uitschakelen
Druk de aan-uitschakelaar (1) in om het gereedschap in te
u
schakelen.
Laat de trekker los om het apparaat uit te schakelen.
u
Waarschuwing! Probeer nooit om een trekker in de inge-
schakelde stand te vergrendelen.
Tips voor optimaal gebruik
Algemeen
U krijgt de beste maairesultaten wanneer u uitsluitend
u
droog gras maait.
Trimmen
Houd het gereedschap vast, zoals wordt aangegeven in
u
fig. K.
Beweeg de trimmer rustig van de ene naar de andere
u
kant.
Wanneer u lang gras maait, moet u in stappen van bove-
u
naf maaien. Maai telkens een klein stuk.
Houd het apparaat uit de buurt van harde voorwerpen en
u
tere planten.
De snijdraad slijt sneller en moet vaker verlengd worden
u
wanneer u vaak langs stoepen of andere schurende op-
pervlakken maait, of wanneer u zwaar onkruid maait.
Verlaag de belasting wanneer het apparaat langzamer
u
draait.