NL
B
Handvatdrager monteren
1. Steek de onderste drager (5) in de
behuizing (9) van het apparaat en
schroef de drager met de beide kruis-
kopschroeven (6)vast.
2. Schroef de beide middelste dragers
(2) met de schroeven en vleugelmoe-
ren (12a) aan de onderste drager (5)
vast.
3. Schroef de bovenste handgreephen-
del (1) met de schroeven en vleugel-
moeren (12b) aan de beide middelste
draagbalken (2) vast.
4. Beestig het apparaatsnoer met de
beide kabelklemmen (11a+b) aan de
draagbalk.
Vangkooi monteren/
C
ledigen
Opgelet: apparaat niet zonder
beschermingsinrichting tegen
stoten bedienen. Gevaar voor
verwondingen!
De vangkooi wordt in dichtgeklapte toe-
stand geleverd en moet vóór gebruik in
het apparaat gemonteerd worden.
Vangkooi ineenzetten:
1. Klem de kunststofstrips (23) op de
stangenmechanisme voor de vangzak
(21) vest.
Vangkooi aan het apparaat aanbren-
gen:
2. Til de beschermingsinrichting tegen
stoten (4) op.
3. Schuif de pennen (24) aan het stan-
genmechanisme (22) van de vangkooi
in de opname aan de behuizing (9)
van het apparaat.
68
4. Laat de beschermingsinrichting tegen
stoten los, deze houdt de vangkooi (3)
in positie.
Vangkooi afnemen/ledigen:
5. Til de beschermingsinrichting tegen
stoten (4) op en neem de vangkooi (3)
eruit.
Bediening
Neem de geluidsreductie en lokale
voorschriften in acht.
Arbeidsposities instellen
Het apparaat bezit 4 hoofdin-
stelposities:
Transportpositie
In deze stand bestaat de maxi-
male veiligheidsafstand van het
werktuig tot de grond.
Werkstand
Kies bij werkzaamheden met
het nieuwe apparaat deze in-
stelling.
Verstelposities
Bij toenemende slijtage van de messen of
van de verende tanden kan de werkstand
neergelaten worden.
Slijtage herkent u aan een almaar slechter
wordend werkresultaat.
Het apparaat bevindt zich bij leve-
ring in de transportpositie.
1. Om de werkstand in te stellen, moet
het apparaat uitgeschakeld zijn.
2. Trek de instelknop (zie
naar buiten. Draai aan de instelknop
en duw hem tot in de gewenste ver-
nr. 10)
A