● BEDIENINGSINSTRUCTIES ●
O
PLOSSEN VAN PROBLEMEN
Indien u deze punten heeft gecontroleerd maar de airconditioner nog niet
juist functioneert, gebruik de airconditioner dan niet meer en raadpleeg
uw leverancier.
Symptoom
Binnenunit
De unit kan niet worden bediend.
• Is de netschakelaar aangezet?
• Is de stekker in het stopcontact gestoken?
• Is de ON-timer ingesteld?
De horizontale schoep beweegt
• Zijn de horizontale en verticale schoep op de juiste
niet.
manier geïnstalleerd?
• Is de ventilatorafscherming vervormd?
• Als de netschakelaar ingeschakeld is, worden de
horizontale schoepen in ongeveer een minuut in de
originele stand teruggezet. Nadat het terugzetten
voltooid is, wordt de normale werkingsstand van
de horizontale schoepen hervat. Ditzelfde gebeurt
ook in de werkingsstand voor noodkoeling.
Na het opnieuw inschakelen werkt
• Dit gebeurt op aangeven van de microprocessor ter
de unit ongeveer 3 minuten niet.
bescherming van de unit. Wacht even.
Er komt damp uit de luchtuitlaat
• De koele lucht uit de unit zorgt ervoor dat vocht in de
van de binnenunit.
lucht binnen de ruimte snel afkoelt en in dampvorm
overgaat.
De zwenkfunctie van de HORI-
• Hierdoor gaat de zwenkfunctie van de HORIZON-
ZONTALE SCHOEP stopt even en
TALE SCHOEP weer normaal werken.
start daarna weer.
Tijdens de werking verandert de
• Als de unit in de stand COOL of DRY werkt en dat
luchtstroomrichting.
0,5 tot 1 uur lang doet met de lucht naar beneden ge-
De richting van de horizontale
richt, dan wordt de luchtstroomrichting automatisch
schoep kan niet worden aangepast
in de horizontale positie gezet om te voorkomen dat
met de afstandsbediening.
water condenseert en naar beneden drupt.
• Indien tijdens verwarmen de temperatuur van de
luchtstroom te laag is of het apparaat aan het
ontdooien is, dan wordt de horizontale schoep
automatisch in horizontale positie gezet.
In de bedrijfsstand verwarmen
• De buitenunit wordt ontdooid.
wordt de werking ongeveer 10
Dit is in 10 minuten voltooid; wacht daarom even.
minuten lang gestopt.
(Wanneer de buitentemperatuur te laag is en de
vochtigheid te hoog, wordt ijs gevormd.)
De unit start automatisch wanneer
• Deze modellen zijn uitgerust met een functie
de netspanning wordt ingescha-
voor automatisch opnieuw starten. Wanneer de
keld, zonder een signaal te ontvan-
netspanning uitgeschakeld wordt zonder de unit
gen van de afstandsbediening.
met de afstandsbediening uit te zetten en vervol-
gens de netspanning weer wordt ingeschakeld,
dan start de unit automatisch opnieuw in de
stand die met de afstandsbediening was inge-
steld toen de stroomtoevoer werd onderbroken.
Raadpleeg "Automatische herstartfunctie"
Blz. 4
Als de kamertemperatuur in de
• Als de kamertemperatuur afwijkt van de ingestelde
stand COOL/DRY de ingestelde
temperatuur, dan gaat de binnenventilator draaien
kamertemperatuur bijna bereikt,
volgens de instellingen van de afstandsbediening.
dan stopt de buitenunit waarna
de binnenunit op lange snelheid
werkt.
De binnenunit verkleurt na verloop
• Hoewel plastic geel verkleurt onder invloed van
van tijd.
factoren als ultraviolet licht en temperatuur, heeft
deze verkleuring geen effect op de werking van het
product.
Multisysteemfunctie
De binnenunit die niet in werking
• Door een binnenunit die niet in werking is, blijft toch
is, wordt warm en er is een geluid
een kleine hoeveelheid koelmiddel stromen.
dat lijkt op stromend water, in de
unit te horen.
Als de stand verwarmen wordt
• Als het verwarmen wordt gestart tijdens het ont-
geselecteerd, zal de unit niet direct
dooien van van de buitenunit, dan duurt het enkele
met verwarmen beginnen.
minuten (max. 10 minuten) voordat er warme lucht
uit de unit wordt geblazen.
Buitenunit
De ventilator van de buitenunit
• Als de buitentemperatuur tijdens het koelen erg
draait niet, ook al is de compressor
laag is, werkt de ventilator met tussenpozen om
in werking. Als de ventilator begint
voldoende koelwerking te verkrijgen.
te draaien, stopt hij snel weer.
De buitenunit lekt water.
• Tijdens COOL en DRY worden leidingen en hun
koppelingen afgekoeld, waardoor op hun buitenkant
condens kan ontstaan.
• Tijdens verwarmen kan condenswater op de warm-
tewisselaar ontstaan en naar beneden druppen.
• Tijdens verwarmen zorgt de ontdooifunctie ervoor
dat ijs op de buitenunit smelt en als water naar
beneden drupt.
Er komt witte rook uit de buitenunit. • Tijdens verwarmen ontstaat door het ontdooien
stoom, die op witte rook lijkt.
Afstandsbediening
Het display van de afstandsbedie-
• Zijn de batterijen leeg?
ning is niet zichtbaar of is vaag.
• Zijn de polen (+, -) van de batterijen verwisseld?
De binnenunit reageert niet op het
Blz. 3
signaal van de afstandsbediening.
• Wordt er op toetsen van de afstandsbediening van
andere elektrische apparaten gedrukt?
Du-6
Uitleg en controlepunten
Blz. 5
.
Blz. 3
Symptoom
Koelt of verwarmt niet
De airconditioner koelt of ver-
• Is de juiste temperatuur ingesteld?
warmt niet voldoende.
• Is de juiste ventilatorsnelheid ingesteld? Verhoog de
ventilatorsnelheid.
• Zijn de filters schoon?
• Is de ventilator of de warmtewisselaar van de bin-
nenunit schoon?
• Wordt de luchtinlaat of -uitlaat van de binnen- of
buitenunit geblokkeerd?
• Staat er een raam of deur open?
De ruimte wordt niet voldoende
• Als u in een ruimte een ventilator of gasfornuis
gekoeld.
gebruikt, wordt het koelsysteem zwaarder belast.
Hierdoor kan het koelend vermogen mogelijk onvol-
doende zijn.
• Als de buitentemperatuur erg hoog is, kan het koe-
lend vermogen mogelijk niet voldoende zijn.
De ruimte wordt niet voldoende
• Als de buitentemperatuur erg laag is, kan de verwar-
verwarmd.
mingscapaciteit mogelijk niet voldoende zijn.
In de bedrijfsstand verwarmen
• Wacht even totdat de airconditioner gereed is om
wordt de lucht niet snel uitge-
warme lucht uit te blazen.
blazen.
Luchtstroom
De lucht uit de binnenunit ruikt
• Zijn de fi lters schoon?
vreemd.
• Is de ventilator of de warmtewisselaar van de bin-
nenunit schoon?
• De airconditioner kan geuren opnemen van muren,
vloerkleden, meubilair, kleding e.d. en deze samen
met de lucht uitblazen.
Geluid
Een krakend geluid is te horen.
• Dit geluid ontstaat doordat onderdelen zoals het
voorpaneel uitzetten en krimpen vanwege tempera-
tuursveranderingen.
U hoort een "borrelend" geluid.
• Dit geluid hoort u wanneer bij het inschakelen van
afzuiging of ventilator buitenlucht wordt aangezogen
via de afvoerslang, waardoor water dat zich in de
afvoerslang bevindt naar buiten spuit.
U hoort dit geluid ook wanneer buitenlucht in de
afvoerslang wordt geblazen door sterke wind.
De binnenunit maakt mechani-
• Dit geluid ontstaat wanneer de ventilator of de com-
sche geluiden.
pressor wordt in- of uitgeschakeld.
Het stromen van water is te
• Dit geluid ontstaat wanneer er koelmiddel of gecon-
horen.
denseerd water in de airconditioner stroomt.
Soms is een sissend geluid te
• Dit geluid ontstaat wanneer de stroming van het
horen.
koelmiddel door de airconditioner verandert.
Zet in de volgende gevallen de airconditioner uit en raadpleeg uw leve-
rancier.
• Wanneer water uit de binnenunit lekt of druppelt.
• Wanneer de bovenste bedieningsindicator knippert.
Opmerking:
• 2 tot 4 keer: Controleer de binnenkant van het binnenunitpaneel aan de
hand van de informatie uit TROUBLESHOOTING (PROBLEMEN OPLOS-
SEN) m.b.t. het BEDRADINGSSCHEMA.
• 5 tot 7 keer: Controleer de werking van de elektrische kast van de buiten-
unit aan de hand van de informatie uit TROUBLESHOOTING (PROBLE-
MEN OPLOSSEN).
• Wanneer de netschakelaar vaak uit gaat.
• De signalen van de afstandsbediening worden mogelijk niet goed ontvangen
in een ruimte waar TL-verlichting (bijv. van het invertertype) wordt gebruikt.
• De werking van de airconditioner stoort de radio- en tv-ontvangst. Voor het
betreffende apparaat kan een antenneversterker nodig zijn.
• Wanneer er een abnormaal geluid te horen is.
Uitleg en controlepunten
Blz. 4
Blz. 4
Blz. 5
Blz. 5