5 PARAMETER-bedieningsknop
Hiermee past u de parameter SOUND COLOR FX aan.
6 SOUND COLOR FX-keuzeknop
Hiermee zet u de SOUND COLOR FX-effecten aan/uit.
7 MIC TONE-bedieningsknop (pagina 10)
Hiermee regelt u de kwaliteit van de geluidsweergave van de
microfoon.
8 MIC LEVEL-bedieningsknop (pagina 10)
Hiermee regelt u het volume van de microfoon.
9 LEVEL-bediening
Hiermee regelt u het volume van de AUX-ingang.
a Schakelaars voor ingangskeuze (pagina 10)
Hiermee selecteert u een ingangsbron voor elk kanaal.
b TRIM-bedieningsknop (pagina 10)
Hiermee past u het volume van elk kanaal aan.
c MASTER LEVEL-bedieningsknop (pagina 10)
Hiermee past u het volume van de uitgang [MASTER1] of
[MASTER2] aan.
d EQ/ISO (HI, MID, LOW)-bedieningsknoppen
(pagina 10 )
Hiermee regelt u de geluidskwaliteit van de betreffende kanalen.
e Indicatielampjes voor MASTER LEVEL (pagina 10)
Deze lampjes geven de sterkte van de MASTER-uitgang aan.
Wanneer het volume te hard staat, knippert het indicatielampje
[CLIP]. Zet het volume in dat geval zachter.
— Langzaam knipperen: het geluid begint te vervormen.
— Snel knipperen: het geluid is vervormd.
f Indicatielampjes voor het niveau van Channel
(pagina 10)
Hierop is het volume te zien voordat het door de fader van het kanaal
gaat.
g COLOR-bedieningsknop
Wijzig de parameters van de SOUND COLOR FX van de verschillende
kanalen.
h CUE-knop (pagina 10)
Druk op de [CUE]-knop voor het kanaal waarmee u wilt meeluisteren.
i Kanaalfader (pagina 10)
Hiermee past u het volume van elk kanaal aan.
j EQ CURVE (ISOLATOR, EQ)-keuzeschakelaar
(pagina 10)
Hiermee schakelt u de functie van de bedieningsknoppen [EQ/ISO
(HI, MID, LOW)].
k CROSS F.CURVE (THRU,
(pagina 10)
Hiermee schakelt u de eigenschappen van de crossfader-curve.
l CROSS F. REVERSE-schakelaar (pagina 10)
Hiermee zet u de functie voor het omkeren van de crossfader aan/uit.
m Cross fader (pagina 10)
Het geluid wordt weergegeven volgens de curve die geselecteerd is
met de keuzeschakelaar [CROSS F.CURVE].
n RETURN TYPE (AUX, INSERT)-keuzeschakelaar
Hiermee selecteert u de SEND/RETURN-methode.
o Aansluiting voor mobiel apparaat (USB-aansluiting)
(pagina 9)
Hierop kunt u een mobiel apparaat aansluiten.
p SEND/RETURN ON/OFF-knop
Hiermee zet u SEND/RETURN aan of uit.
,
)-keuzeschakelaar
q SEND/RETURN LEVEL-bedieningsknop
Hiermee past u het geluidsniveau van SEND/RETURN aan.
r Display
BPM, effectparameter enz. worden hierop weergegeven.
s BEAT c, d-bedieningsknoppen
Bepaal de beatfractie voor het synchroniseren van het effectgeluid.
t TAP (AUTO, WAKE UP)-knop
— TAP: Tik op deze knop om BPM te activeren.
— AUTO: Houd deze knop ingedrukt om voor BPM de manier van
meten te wijzigen.
— WAKE UP: Druk op deze knop om de stand stand-by te
beëindigen.
u WAKE UP-lampje
Dit lampje brandt wanneer het apparaat in stand-by staat.
v Beat effect-keuzeschakelaar
Hiermee schakelt u van effect voor BEAT FX.
w Effect channel-keuzeschakelaar
Hiermee schakelt u van kanaal waarop de BEAT FX en SEND/
RETURN toegepast moeten worden.
x TIME-bediening
Hiermee past u voor BEAT FX de tijdparameter aan.
y LEVEL/DEPTH-bedieningsknop
Hiermee past u voor BEAT FX de kwantitatieve parameter aan.
z Beat FX ON/OFF-knop
Hiermee zet u BEAT FX aan/uit.
Trek niet met overmatig veel kracht aan de knoppen van de
kanaalfader en de crossfader. De knoppen hebben een constructie
waardoor ze niet gemakkelijk kunnen worden losgetrokken. Het
apparaat zal beschadigd raken als met overmatig veel kracht aan de
knoppen getrokken wordt.
7
Nl