nEDERLanDs
U kunt het gereedschap uitschakelen vanuit de vergrendelde
stand door de schakelaar één keer in te drukken en los te laten.
OPMERkIng: De Aan/Uit-schakelaar kan alleen worden
vergrendeld wanneer het gereedschap draait op het
maximumaantal toeren dat wordt aangeduid door de
snelheidsregelaar
3
.
Vrijgave bij geen spanning
Het Aan/Uit-schakelaar variabele snelheid
Geen spanning. Als de stroom uitvalt of de stroomvoorziening
van het gereedschap op een andere wijze onverwacht wegvalt,
kan het gereedschap alleen opnieuw worden gestart als de
Aan/Uit-schakelaar in- en weer uitgeschakeld wordt (indrukken,
loslaten en weer indrukken).
Snelheidsregelaar (Afb. A)
De maximumsnelheid van uw gereedschap kunt u wijzigen
door de snelheidsregelaar
3
in de gewenste stand te zetten.
U kunt ook de Aan/Uit-schakelaar
Volledig aan en dan de snelheid van het gereedschap regelen
door middel van alleen de snelheidsregelaar.
De snelheidsregelaar kan worden ingesteld op iedere snelheid
tussen 2000 en 5500 tpm en de Aan/Uit-schakelaar variabele
snelheid regelt dan de snelheid van het gereedschap van nul tot
de instelling van het keuzewiel. Bijvoorbeeld: Bij een instelling
van het keuzewiel van 2200 tpm kan de schakelaar variabele
snelheid het gereedschap bedienen tussen nul en 2200 tpm,
afhankelijk van hoe ver de schakelaar wordt ingedrukt.
Elektronische snelheidsregeling
De functie voor de elektronische snelheidsregeling werkt
wanneer de Aan/Uit-schakelaar volledig wordt ingedrukt en
het gereedschap werkt op de geselecteerde snelheid die wordt
bepaald door de instelling van de snelheidsregelaar.
Als u het gereedschap belast door het tegen het werkoppervlak
te drukken, zal het de belasting compenseren en de
geselecteerde snelheid aanhouden. Als de snelheid die
door middel van de snelheidsregelaar is geselecteerd, 2200
tpm is, houdt het gereedschap 2200 tpm aan, wanneer het
wordt belast.
•
De elektronische snelheidsregeling werkt alleen wanneer de
Aan/Uit-schakelaar
4
volledig wordt ingedrukt.
•
Het effect of elektronische snelheidsregeling is veel
gemakkelijker waar te nemen bij lagere instellingen van de
snelheid (2600 tpm en lager), dan bij hogere snelheden.
Een conventionele poetsmachine die bij een gewone onbelaste
snelheid van 2400 tpm werkt, gaat langzamer lopen tot
2000 tpm bij belasting tijdens het poetsen. Uw DCM848 blijft
lopen op 2400 tpm (of welke andere snelheid die u selecteert
met de snelheidsregelaar) naarmate de machine wordt belast.
Als de snelheid te hoog is, laat het gereedschap dan langzamer
lopen met de Aan/Uit-schakelaar of de snelheidsregelaar.
Poetsen (Afb. D)
1. Pak het gereedschap, zonder het in te schakelen, vast aan de
handgrepen vast en til het op.
80
4
heeft een functie
vergrendelen in de stand
4
2. Houd het gereedschap weg bij uw lichaam en druk de Aan/
Uit-schakelaar in.
3. Zorg ervoor dat u de handgrepen stevig vast hebt.
4. Verplaats het gereedschap gelijkmatig over het oppervlak
van het werkstuk, zonder op de machine te drukken.
5. Schakel de machine uit voordat u het gereedschap van het
oppervlak haalt.
6. Controleer uw werk met korte tussenpozen.
De zijhandgreep
5
kan gemakkelijk worden overgezet naar de
andere zijde van het gereedschap voor bediening door links-
of rechtshandigen.
Ga vooral heel voorzichtig te werk bij het poetsen rond
of over scherpe voorwerpen en contouren. Het is heel
belangrijk dat u de juiste druk uitoefent bij het poetsen van
de diverse onderdelen van het plaatwerk van de auto. Er moet
bijvoorbeeld lichte druk worden gezet bij het poetsen over de
scherpe randen van de panelen van het plaatwerk of over de
randen van de regengoot langs de bovenzijde.
WAARSCHUWING: Door het poetsen bij hoge
toerentallen met het polijstkussen op het oppervlak van
het werkstuk kan een statische lading ontstaan op de
metalen gedeelten van dit gereedschap en dat kan een
schok door statische elektriciteit geven wanneer het
gereedschap wordt aangeraakt.
ONDERHOUD
Uw gereedschap op stroom is ontworpen om gedurende
een lange tijdsperiode te functioneren met een minimum
aan onderhoud. Het continu naar bevrediging functioneren
hangt af van de juiste zorg voor het gereedschap en
regelmatig schoonmaken.
WAARSCHUWING: Om het gevaar op ernstig
persoonlijk letsel te verminderen, zet u het
gereedschap uit en ontkoppelt u de accu, voordat
u enige aanpassing maakt of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert. Het onbedoeld
opstarten kan letsel veroorzaken.
Aan de lader en de accu kan geen onderhoud worden verricht.
Smering
Uw elektrische gereedschap heeft geen aanvullende
smering nodig.
Reiniging
WAARSCHUWING: Blaas vuil en stof uit de
hoofdbehuizing met droge lucht, zo vaak u ziet dat
vuil zich in en rond de luchtopeningen ophoopt. Draag
goedgekeurde oogbescherming en een goedgekeurd
stofmasker als u deze procedure uitvoert.
WAARSCHUWING: Gebruik nooit oplosmiddelen of
andere bijtende chemicaliën voor het reinigen van
niet-metalen onderdelen van het gereedschap. Deze