Stanley SXAE00026 Manual De Instrucciones página 45

2.4. Laadcycli
De laadcycli van de acculader zijn speciaal ontwikkeld om de lading van alle typen accu's die
momenteel op de markt verkrijgbaar zijn, te optimaliseren. De talrijke constructietechnieken van de
momenteel beschikbare accu's vereisen verschillende laadcurves om een correcte en volledige
lading te garanderen. Deze acculader verlengt de levensduur van uw accu's omdat hij de juiste
oplaadcyclus biedt.
Oplaadfasen
A1
1
Vernieuw
2
en
Soft
3
« Soft I »
Bulk
4
« I »
Stabiel
5
« U0 »
Herstel
6
A2
7
Float
8
« U »
Pulse
9
« Up »
2.5. Onderbreking van de laadcycli
In het geval van een stroomstoring in het 230V-net slaat de acculader de uitgevoerde werkcyclus op
om deze automatisch te herstellen zodra de stroomvoorziening van het 230V-net is hersteld. Deze
functie is van cruciaal belang als de acculader wordt gebruikt om accu's op te laden zonder dat de
operator toezicht houdt op de cyclus; bijvoorbeeld tijdens zeer lange werkcycli (onderhoudsladen) of
bij het opladen 's nachts (ladingen voor voertuigen die dagelijks moeten worden opgeladen).
Diagnose van de accutoestand:
De oplaadtoestand van de op te laden accu.
"Herstel van zware ontlading."
De lader begint met een pulsstroom totdat de accu de optimale spanning en
stroomsterkte heeft bereikt om de tweede laadfase te starten.
Verminderde constante stroomsterkte
Laadt op met constante stroom tot de maximale accuspanning is bereikt.
Laden op gestabiliseerde spanning tot de stroom minimale waarden bereikt.
Alleen wanneer de lader is ingesteld op RECON: constante stroom diepe
laadfase en toenemende spanning om de laadcapaciteit van de accu te
verhogen.
De lader analyseert de efficiëntie van de opgeladen accu.
De laadstatus van de accu's blijft behouden bij een gereduceerde constante
spanning.
De acculading wordt met behulp van stroompulsen (die constant worden
geleverd) in stand gehouden.
45