• Na het voltooien van de verplaatsing of het reparatiewerk dient u te
controleren of de aardleidingen naar behoren zijn aangesloten.
• Installeer een stroomonderbreker die voldoet aan de specificaties in de
installatiehandleiding en de ter plaatse geldende voorschriften en
wetten.
• Installeer de stroomonderbreker op een plaats waar die goed
toegankelijk is voor de gebruiker.
• Als u de stroomonderbreker buitenshuis aanbrengt, let dan goed op
dat het een specifiek voor buitengebruik geschikt type is.
• Onder geen voorwaarde mag het netsnoer worden verlengd.
Aansluitproblemen op een plaats waar het netsnoer is verlengd
kunnen leiden tot rookontwikkeling en/of brandgevaar.
Testen
• Nadat u de werkzaamheden hebt voltooid dient u voor het inschakelen
van de airconditioner eerst te controleren of het deksel van de
elektriciteitskast van de binneneenheid en het onderhoudspaneel van
de buiteneenheid zijn gesloten, om vervolgens de stroomonderbreker
in de ON-stand te zetten. Als u de stroom inschakelt zonder eerst deze
punten te controleren, kunt u een elektrische schok krijgen.
• Als u merkt dat er iets mis is met de airconditioner (wanneer u het
controle display ziet of een schroeilucht ruikt, vreemde geluiden hoort
of wanneer de airconditioner niet koelt of verwarmt, of wanneer er
water uit lekt), raakt u dan zelf de airconditioner niet aan maar zet u de
stroomonderbreker in de OFF-stand (UIT) en neemt u contact op met
een bevoegd onderhoudsmonteur. Neem de nodige maatregelen om
te voorkomen dat het apparaat wordt ingeschakeld (schrijf bijvoorbeeld
"defect" dichtbij de stroomonderbreker e.d.) totdat de bevoegde
onderhoudsmonteur arriveert. Als de airconditioner in gebruik blijft
terwijl er iets mis mee is, kan dat leiden tot ernstige mechanische
problemen en gevaar voor een elektrische schok e.d.
NL-111
• Nadat het werk is voltooid, dient u altijd met een isolatietester (500 V
Megger) te controleren of de weerstand 1 MΩ of meer bedraagt tussen
het ladingsdragende deel en de niet-geladen metalen delen
(aardingsdeel). Als de weerstandswaarde te gering is, kan er
kortsluiting, lekstroom of een elektrische schok optreden aan de
gebruikerskant.
• Na voltooiing van het installatiewerk controleert u of er geen
koelmiddel lekt, of de waterafvoer in orde is en controleert u de
weerstand van de isolatie. Vervolgens laat u de airconditioner
proefdraaien, om te zien of het apparaat goed werkt.
• Controleer na het installeren dat er geen koelmiddel lekt. Wanneer
ontsnapt gasvormig koelmiddel in de buurt of in contact komt met open
vuur, zoals bij een gasfornuis, kunnen giftige gassen worden gevormd.
Uitleg aan de gebruiker
• Na voltooiing van het installatiewerk vertelt u de gebruiker waar de
stroomonderbreker zich bevindt. Als de gebruiker niet weet waar de
stroomonderbreker zit, kan hij of zij de airconditioner niet uitschakelen
wanneer er zich een storing voordoet in de werking.
• Als u bemerkt dat het ventilatierooster is beschadigd, moet u uit de
buurt blijven van de buitenunit, de stroomonderbreker op de OFF-
stand zetten en moet u contact opnemen met bevoegd
onderhoudspersoneel(*1) om de reparatie uit te voeren. Zet de
stroomonderbreker niet terug in de ON-stand totdat alle vereiste
reparaties zijn voltooid.
• Na voltooiing van het installatiewerk vertelt u aan de hand van de
eigenaarshandleiding de gebruiker hoe het apparaat te bedienen en te
onderhouden.
- 56 -
NL-112