Aansluiten van de
luidsprekerkabels
Houd de luidsprekerkabels zo kort mogelijk. Bundels de
kabels niet samen en rol deze ook niet op. Als de
aansluitingen verkeerd gemaakt worden, zal er geen geluid
zijn.
Alvorens aan te sluiten
Verwijder de isolatie van het uiteinde van elk
luidsprekersnoer.
Goed
Hoofdluidsprekers / Middenluidspreker
Gebruik de bijgeleverde luidsprekersnoeren (4 m). Eén
draad van het luidsprekersnoer is rood en de andere is
zwart.
Gebruik de rode draad van het snoer voor het aansluiten
van de (+) aansluitingen van de luidspreker en de
versterker. Sluit de (–) aansluitingen van beide
componenten op elkaar aan met de zwarte draad.
Zwart:
negatief (–)
Achterluidsprekers / Achter-middenluidspreker
(voor NS-P336)
Gebruik de bijgeleverde luidsprekersnoeren (15 m). De
ene zijde van het luidsprekersnoer is voorzien van een
grijze lijn en de andere zijde is niet voorzien van een lijn.
Sluit de (+) aansluitingen op zowel de luidspreker als de
versterker aan met behulp van de zijde met de grijze lijn.
Sluit de (–) aansluitingen op beide componenten aan met
behulp van de zijde zonder lijn.
Zwart:
negatief (–)
Opmerkingen
Let erop dat de blote kerndraden niet met elkaar in contact komen
want dit kan resulteren in beschadiging van de luidspreker en de
versterker.
Niet goed
Rood
Rood: positief (+)
Grijze lijn
Rood: positief (+)
Aansluitingen
• Sluit de voor-, midden- en surroundluidsprekers (en de
surround-achterluidspreker voor de NS-P336) met
behulp van de bijgeleverde luidsprekerkabels op de
luidspreker-uitgangsaansluitingen van de versterker
aan.
– De bijgeleverde luidsprekerkabels zijn voorzien van
labels met de aanduidingen FRONT L, FRONT R,
CENTER, REAR L, REAR R (en REAR C voor de
NS-P336). Sluit elke luidsprekerkabel op de bijbe-
horende luidspreker aan zoals aangegeven in de
afbeelding op bladzijde 6.
– Let erop dat u de polariteiten (+, –) van de luidsprek-
ers niet verwisselt. Als de luidspreker met omge-
keerde polariteit wordt aangesloten, zal het geluid
onnatuurlijk klinken en zijn er weinig bastonen.
– Bij de voor- en surroundluidsprekers moet de ene
luidspreker op de linker aansluitingen (met het
opschrift L) en de andere luidspreker op de rechter
aansluitingen (met het opschrift R) worden aangeslo-
ten.
• Sluit de subwoofer op de lijnuitgang (tulpstekkerbus)
aansluiting(en) van de versterker aan.
– Voor het aansluiten op een Yamaha DSP-versterker
(of AV-receiver) verbindt u de SUBWOOFER (of
LOW PASS enz.) aansluiting aan de achterkant van
de DSP-versterker (of AV-receiver) met de INPUT
aansluiting van de subwoofer.
Aansluiten van de componenten en de sub-
woofer op het lichtnet
Nadat alle luidsprekers en de subwoofer correct zijn
aangesloten, kunt u de versterker, de andere audio/
videoapparatuur en de subwoofer op een stopcontact
aansluiten. Zorg dat de VOLUME regelaar van de
subwoofer op 0 staat voordat u begint met het instellen
van de luidsprekerbalans zoals beschreven op page 8.
Opstellen van de Luidsprekers
7