achteren, naar rechts of omlaag gerichte
leidingen
1) Plaats de koelmiddelleiding en de afvoerslang
naast elkaar en wikkel er de leidingtape (G)
vanaf het uiteinde stevig omheen.
2) Steek de leiding en de afvoerslang door huls (C)
in het muurgat, en haak het bovendeel van de
binnenunit vast op de installatieplaat (1).
3) Controleer of de binnenunit stevig is vastgehaakt aan de installatieplaat (1) door de
unit heen en weer te bewegen.
4) Druk de onderkant van de binnenunit vast op de installatieplaat (1).
Afvoervoorzieningen
• Als de verlengde afvoerslang door een ruimte heen gelegd wordt, omwikkel hem dan
met in de handel verkrijgbaar isolatiemateriaal.
• De afvoerslang dient voor een goede afvoer omlaag gericht te zijn. (Afb. 1)
• Als de afvoerslang die met de binnenunit is meegeleverd, te kort is, verbind deze dan
met afvoerslang (I) die bij de installateur verkrijgbaar is. (Afb. 2)
• Wanneer u de afvoerslang aansluit op de PVC-pijp, moet u de slang goed in de pijp
plaatsen. (Afb. 3)
Afvoer-
slang
Omlaag
gericht
Zachte
slang, bin-
nendiame-
ter 15 mm
Afb. 1
Afb. 2
Leg de afvoervoorzieningen niet aan zoals hieronder is afgebeeld.
g
g
Slang gaat
Verzameld
afvoerwater
omhoog.
Waterlek-
Waterlek-
Golvend
kage
kage
3. INSTALLEREN VAN DE BUITENUNIT
3-1. DRADEN VOOR BUITENUNIT VERBINDEN
1) Open het onderhoudspaneel.
2) Draai de aansluitingsschroef los en sluit verbindingskabel (A) tussen binnen- en
buitenunit vanaf de binnenunit correct aan op het aansluitblok. Let op dat u de dra-
den niet verkeerd aansluit. Maak de draad stevig vast op het aansluitblok zodat de
draadkern niet zichtbaar is en er geen externe krachten op het aansluitgedeelte van
het aansluitblok worden uitgeoefend.
3) Draai de aansluitingsschroeven goed vast zodat ze niet losraken. Trek na het vast-
draaien even licht aan de draden om te controleren of ze goed vast zitten.
4) Sluit het netsnoer (K) aan.
5) Zet de verbindingskabel (A) tussen binnen- en buitenunit en het netsnoer (K) vast met
de draadklem.
6) Sluit het onderhoudspaneel zorgvuldig.
Aansluitblok
15 mm
35 mm
Draad
3-2. AFDICHTING
1) Snijd de koperen leiding op de juiste wijze af met een
pijpsnijder. (Afb. 1, 2)
2) Verwijder alle bramen van het gedeelte waar de leiding is
afgesneden. (Afb. 3)
• Houd het uiteinde van de koperen leiding omlaag
terwijl u de bramen verwijdert, zodat de bramen niet in
de leiding kunnen vallen.
3) Verwijder de flensmoeren die op de binnen- en buitenunit
zijn bevestigd, en schuif ze op de ontbraamde leiding. (Ze
zijn niet meer te plaatsen nadat de afdichting gemaakt is.)
4) Afdichting (Afb. 4, 5). Draai de koperen leiding volgens de
in de tabel getoonde waarden stevig vast. Selecteer A mm
uit de tabel volgens het gereedschap dat u gebruikt.
5) Controleer
• Vergelijk de gemaakte afdichtflens met Afb. 6.
• Als de afdichtflens niet juist lijkt te zijn, snijd dan het
flensgedeelte van de leiding af en maak de afdichting opnieuw.
Koperen leiding
Braam
Extra ruimer
Pijpsnijder
Afb. 3 3
Afb.
Snijd af indien de
leidingen naar
rechts zijn gericht.
Snijd af indien de
leidingen omlaag zijn
gericht.
Afvoerslang
PVC-pijp, binnendia-
70 cm of
meter 30 mm
meer
Goed
plaatsen
Verloopstuk
Afb. 3
g
Uiteinde
afvoerslang
hangt i i n
Lucht
water.
Waterlek-
Goot
kage
• Maak de aardedraad iets langer dan de
andere draden. (langer dan 60 mm)
• Zorg dat de verbindingskabels wat extra
lengte hebben voor later onderhoud.
• Zorg ervoor dat u elke schroef op de
overeenkomende aansluiting vastdraait
wanneer u de kabel en/of de draad op
het aansluitblok vastmaakt.
Draadklem
Netsnoer (K)
Verbindingskabel bin-
nen- en buitenunit (A)
Correct
Krom oneffen bramen
Flensgereedschap
Vleugelmoertype
Bankschroeftype
Leidingen naar links of linksachter
Opmerking:
Bevestig de afvoerslang en de
afvoerdop opnieuw indien u de
leidingen naar links of linksach-
ter leidt.
Als u dit niet doet, kan er water
van de afvoerslang druppelen.
1) Plaats de koelmiddelleiding en de afvoerslang naast
elkaar en wikkel er de vilttape (7) vanaf het uiteinde
stevig omheen.
De vilttape (7) moet per wikkeling 1/3 van de tapebreedte
overlappen. Gebruik een tapestopper bij het einde van
de vilttape (7).
2) Trek de afvoerdop aan de rechterachterkant van de bin-
nenunit naar buiten. (Afb. 1)
• Houd het bolvormige gedeelte aan het uiteinde vast
en trek aan de dop.
3) Trek de afvoerslang aan de linkerachterkant van de bin-
nenunit los. (Afb. 2)
• Houd het lipje waar de pijlen naar wijzen vast, en
trek de slang naar u toe.
4) Breng de afvoerdop aan op de plaats achterop de bin-
nenunit waar de afvoerslang bevestigd was. (Afb. 3)
• Plaats stompe gereedschappen zoals schroeven-
draaiers in het gat aan het uiteinde van de afvoerdop
en duw de dop volledig in de afvoeropening.
5) Duw de afvoerslang helemaal in de afvoeropening aan
de rechterachterkant van de binnenunit. (Afb. 4)
• Controleer of de slang goed vastgehaakt zit aan het
corresponderende deel van de afvoeropening.
6) Steek de afvoerslang door huls (C) in het muurgat,
en haak het bovendeel van de binnenunit vast op de
installatieplaat (1). Verplaats de binnenunit vervolgens
helemaal naar links zodat de leidingen makkelijker achter
in de unit kunnen worden geplaatst.
Opening
7) Snijd een stuk karton uit de verpakkingsdoos, rol het op,
minimaal
haak het vast aan de rib op de achterkant en gebruik
50 mm
het als afstandsbeugel om de binnenunit op te tillen.
(Afb. 5)
8) Sluit de koelmiddelleiding aan met de verlengleiding (B).
9) Druk de onderkant van de binnenunit vast op de installatieplaat (1).
Matrijs
Diameter leiding
Moer
(mm)
(mm)
ø 6,35 (1/4")
(
)
ø 9,52 (3/8")
(
)
ø 12,7 (1/2")
(
)
ø 15,88 (5/8")
(
)
3-3. DE LEIDINGEN AANSLUITEN
• Bevestig flensmoeren met een momentsleutel zoals voorgeschreven in de tabel.
• Indien u een flensmoer te strak aandraait, kan deze na verloop van tijd breken en koelmid-
dellekkage veroorzaken.
• Isoleer de leidingen met isolatiemateriaal. Direct contact met de onbedekte leidingen kan
leiden tot brandwonden of bevriezing.
De binnenunit aansluiten
Verbind zowel de vloeistof- als de gasleiding met de binnenunit.
• Breng een dun laagje koelolie (J) aan op het raakvlak van de leiding.
• Houd de leiding midden op zijn plaats en draai de flensmoer 3 tot 4 slagen aan.
Koperen
• Pas het aanhaalkoppel in onderstaande tabel toe voor de aansluiting op de binnenunit, en
leiding
gebruik bij het vastdraaien twee sleutels. Te strak aandraaien beschadigt de afdichtflens.
Afb. 1
De buitenunit aansluiten
Verbind de leidingen met de afsluitkraan van de buitenunit op
dezelfde manier als bij de binnenunit.
Onjuist
• Gebruik voor het vastdraaien een momentsleutel of steeksleutel
en pas hetzelfde aanhaalkoppel toe als voor de binnenunit.
Als u het apparaat installeert, zet de koelmiddelleidingen
dan stevig vast voordat u de compressor start.
Afb. 2
3-4. ISOLATIE EN TAPE
1) Bedek de leidingverbindingen met afdekkingen voor leidingen.
2) Isoleer beslist alle leidingen die buiten lopen, inclusief de kranen.
3) Omwikkel de verbindingsleiding met leidingtape (G), te beginnen bij de ingang van de
buitenunit.
• Zet het einde van de leidingtape (G) vast met tape (voorzien van plakmiddel).
• Wanneer leidingen boven het plafond, door een kast of via andere warme en vochtige
plaatsen komen te lopen, wikkel er dan extra in de handel verkrijgbare isolatie om-
heen om condensatie te voorkomen.
Afb. 4
Leidingtape (G)
Vilttape (7)
Rondom glad
Koperen
leiding
Rondom
dezelfde
lengte
Afb. 5
A (mm)
(
)
Koppelings-
Koppelings-
Vleugel-
gereed-
gereed-
moerge-
schap voor
schap voor
reedschap
R410A
R22
voor R22
17
1,5 - 2,0
22
0 - 0,5
1,0 - 1,5
26
2,0 - 2,5
29
WAARSCHUWING
Snijd af indien de leidingen
naar links zijn gericht.
Afvoerdop
Afvoerdop
Afb. 1
Afb. 2
Afvoerdop
Afb. 3
Afvoer-
slang
Afb. 4
Afb. 5
Binnenkant glanst
en heeft geen
krassen.
Afb. 6
Aanhaalkoppel
pp
N•m
kgf•cm
13,7 - 17,7
140 - 180
34,3 - 41,2
350 - 420
49,0 - 56,4
500 - 575
73,5 - 78,4
750 - 800