Voorbereiding voor gebruik
• Verwijder alle beschermende verpakkingen en wikkels.
• Controleer of het apparaat in goede staat is en alle acces-
soires heeft. Neem in geval van onvolledige of beschadigde
levering onmiddellijk contact op met de leverancier. Gebruik
het apparaat in dit geval niet.
• Reinig de accessoires en het apparaat voor gebruik (zie == >
Reiniging en onderhoud).
• Zorg ervoor dat het apparaat volledig droog is.
• Plaats het apparaat op een horizontaal, stabiel en hitte-
bestendig oppervlak dat veilig is tegen waterspatten.
• Bewaar de verpakking als u van plan bent uw apparaat in de
toekomst op te bergen.
• Bewaar de gebruikershandleiding voor toekomstig gebruik.
OPMERKING! Vanwege productieresten kan het apparaat tij-
dens de eerste paar keer gebruik een lichte geur afgeven. Dit is
normaal en duidt niet op een defect of gevaar. Zorg ervoor dat
het apparaat goed geventileerd is.
Bedieningsinstructies
• VOORZICHTIGHEID! Zorg ervoor dat de schakelaar in de
stand "0" staat voordat u de stekker in het stopcontact steekt.
• Reinig citrusvruchten zorgvuldig voordat u ze inknijpt.
• Snijd de vruchten die moeten worden geperst in twee helften.
• Plaats een geschikte maat van de perskegel die overeenkomt
met het fruit op het apparaat.
• Schakel het apparaat in door de schakelaar in de stand "I"
te zetten.
• Knijp in de fruithelften.
• Schakel het apparaat uit door de schakelaar in de stand "0" te
zetten nadat u klaar bent met werken.
Thermische beveiliging
Deze sapmachine wordt beschermd door een ingebouwde
thermische uitsparing. Bij oververhitting stopt de motor.
Volg deze stappen om te resetten.
• Zet de aan/uit-schakelaar op "Uit" en koppel de stekker los
• Wacht tot de motor is afgekoeld (20-45 minuten), sluit de
stekker weer aan en druk vervolgens opnieuw op de aan/uit-
-schakelaar. Als het probleem aanhoudt, haalt u de stekker
uit het stopcontact en neemt u contact op met uw leverancier.
Reiniging en onderhoud
• AANDACHT! Koppel het apparaat altijd los van de voeding en
koel af voordat u het opbergt, reinigt en onderhoudt.
• Gebruik geen waterstraal of stoomreiniger voor het reinigen
en duw het apparaat niet onder water, omdat de onderdelen
nat worden en er elektrische schokken kunnen ontstaan.
• Als het apparaat niet schoon wordt gehouden, kan dit een
negatieve invloed hebben op de levensduur van het apparaat
en leiden tot een gevaarlijke situatie.
• Voedselresten moeten regelmatig worden gereinigd en uit het
apparaat worden verwijderd. Als het apparaat niet goed wordt
gereinigd, verkort dit de levensduur en kan dit leiden tot een
gevaarlijke situatie tijdens het gebruik.
Reiniging
• Reinig het gekoelde buitenoppervlak met een doek of spons
die licht bevochtigd is met een milde zeepoplossing.
• Om redenen van hygiëne moet het apparaat voor en na gebru-
ik worden gereinigd.
• Vermijd contact van water met de elektrische componenten.
• Niet verder onderdompelen dan het niveau.
• Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen, schuursponzen
of reinigingsmiddelen die chloor bevatten. Gebruik voor het
reinigen geen staalwol, metalen keukengerei of scherpe of
puntige voorwerpen. Gebruik geen benzine of oplosmiddelen!
• Geen enkel onderdeel is vaatwasmachinebestendig.
Onderhoud
• Controleer regelmatig de werking van het apparaat om ern-
stige ongevallen te voorkomen.
• Als u ziet dat het apparaat niet goed werkt of dat er een pro-
bleem is, stop dan met het gebruik, schakel het uit en neem
contact op met de leverancier.
• Alle onderhouds-, installatie- en reparatiewerkzaamheden
moeten worden uitgevoerd door gespecialiseerde en bevo-
egde technici, of worden aanbevolen door de fabrikant.
Transportation and Storage
• Zorg er vóór opslag altijd voor dat het apparaat is losgekop-
peld van de stroomtoevoer en volledig is afgekoeld.
• Bewaar het apparaat op een koele, schone en droge plaats.
• Plaats nooit zware voorwerpen op het apparaat, omdat dit het
kan beschadigen.
• Verplaats het apparaat niet terwijl het in bedrijf is. Koppel het
apparaat tijdens het verplaatsen los van de voeding en houd
het aan de onderkant vast.
Gwarancja
Każda wada bądź usterka powodująca niewłaściwe funkcjo-
nowanie urządzenia, która ujawni się w ciągu jednego roku
od daty zakupu, zostanie bezpłatnie usunięta lub urządzenie
zostanie wymienione na nowe, o ile było użytkowane i konser-
wowane zgodnie z instrukcją obsługi i nie było wykorzystywane
w niewłaściwy sposób lub niezgodnie z przeznaczeniem. Posta-
nowienie to w żadnej mierze nie narusza innych praw użytkow-
nika wynikających z przepisów prawa. W przypadku zgłoszenia
urządzenia do naprawy lub wymiany w ramach gwarancji należy
podać miejsce i datę zakupu urządzenia i dołączyć dowód zaku-
pu (np. paragon).
Zgodnie z naszą polityką ciągłego doskonalenia wyrobów za-
strzegamy sobie prawo do wprowadzania bez uprzedzenia
zmian w wyrobie, opakowaniu oraz danych technicznych poda-
wanych w dokumentacji.
Wycofanie z użytkowania i ochrona środowiska
Pamiętaj!
Nie wyrzucaj zużytego sprzętu łącznie z innymi odpadami
Nie demontuj zużytych urządzeń zawierających niebezpieczne
składniki na własną rękę!
Grożą Ci za to kary grzywny!
Po zakończeniu eksploatacji produktu nie wolno gromadzić ra-
zem z odpadami komunalnymi, tylko należy odstawić do punktu
odbioru odpadów elektrycznych i elektronicznych. Użytkownik
ponosi odpowiedzialność za przekazanie wycofanego z użytko-
wania urządzenia do punktu gospodarowania odpadami. Nie-
przestrzeganie tej zasady może być karane zgodnie z lokalnie
obowiązującymi przepisami dotyczącymi gospodarowania od-
padami. Jeśli urządzenie wycofane z użytkowania jest popraw-
nie odebrane jako osobny odpad, może zostać przetworzone i
zutylizowane w sposób przyjazny dla środowiska, co zmniejsza
PL
17