-
RISICO VAN KANTELEN EN VALLEN
- De puntlasmachine op een horizontaal oppervlak plaatsen met een geschikt
vermogen voor de massa; de puntlasmachine aan het steunvlak bevestigen
gevaar voor kantelen.
van het elektrisch en pneumatisch (indien aanwezig) net, voordat men de
unit verplaatst naar een andere werkplaats. Letten op de hindernissen en
de onregelmatigheden van het terrein (vb. Kabels en buizen).
-
ONJUIST GEBRUIK
BESCHERMINGEN EN AFSCHERMINGEN
aangesloten op het voedingsnet.
-
Vervanging of onderhoud van de elektroden
-
Regeling van de stand van de armen of de elektroden
EN LOSGEKOPPELD VAN HET ELEKTRISCHE EN PNEUMATISCHE (indien
aanwezig) VOEDINGSNET.
EN DE SLEUTEL UITGETROKKEN (in de modellen met in werkingstelling met
PNEUMATISCHE CILINDER).
OPSLAG
-
De machine en haar toebehoren (met of zonder verpakking) in gesloten
lokalen plaatsen.
Indien de machine is uitgerust met een koelunit met water en een
ofwel het hydraulisch circuit en het waterreservoir volledig leegmaken.
vochtigheid, vuil en corrosie.
Draagbare puntlasmachine voor weerstandslassen.
De reeks bestaat uit 3 modellen:
Draagbare puntlasmachine met elektronische timer. Staat een nauwkeurige
uitvoering toe van de laspunten dankzij de elektronische controle van de tijd
van het puntlassen en de regeling van de kracht van de elektroden. Capaciteit
van puntlassen op metalen platen van staal met een laag gehalte aan koolstof
(standaard armen) tot een dikte van 1+1 mm.
Draagbare puntlasmachine met digitale controle met microprocessor.
De hoofdkenmerken die bestuurd kunnen worden vanop het controlepaneel zijn:
- Selectie van de dikte van de te puntlassen metalen platen.
- Correctie van de tijd van het puntlassen.
- Mogelijkheid van invoer van de pulsatie van de stroom van het puntlassen.
- Regeling van de kracht van het puntlassen.
- Capaciteit van puntlassen op metalen platen van staal met een laag gehalte aan
koolstof (standaard armen) tot een dikte van 2+2 mm.
Draagbare puntlasmachine met digitale controle met microprocessor.
Zelfde kenmerken van het model 6.9kA (230V), maar werkt met voedingsspanning
van 400V(380V-415V).
De basisuitrusting van de puntlasmachine bevat de armen van 120 mm en standaard
elektroden.
-
Koppels armen en elektroden met verschillende lengte en/of vorm, ook in kit die
meerdere koppels bevat.
-
Wagentje voor armen: staat de steun van de puntlasmachine en de accessoires
toe.
De belangrijkste gegevens m.b.t. het gebruik en de prestaties van de puntlasmachine
zijn samengevat op de plaat met de karakteristieken met de volgende betekenis .
1-
Aantal fasen en frequentie van de voedingslijn.
2-
Voedingsspanning.
3-
Nominaal netvermogen met intermittentieverhouding van 50%.
4-
Vermogen van net aan permanent regime (100%).
5-
Maximum spanning leeg op de elektroden.
6-
Maximum stroom met elektroden in kortsluiting.
7-
Maximum kracht die door de elektroden kan uitgeoefend worden.
8-
Stroom naar secundair aan permanent regime (100%).
het gegeven voorbeeld van de plaat is ter aanwijzing van de symbolen en de
cijfers; de juiste waarden van de technische gegevens van de puntlasmachine in uw
bezit moeten rechtstreeks op de kentekenplaat van de puntlasmachine zelf gelezen
worden.
1-
Stelschroef kracht elektroden.
2-
Handvat plaatsbaar rechts/links.
3-
Opening voor eventuele montage oogbout.
4-
Beweeglijke lasarm.
5-
Vaste lasarm.
6-
Voedingskabel.
7-
Kentekenplaat.
8-
Microswitch.
9-
Regeling tijd van puntlassen (alleen in het model 5.8kA (FIG. B1)); voor de
modellen 6.9kA zie 4.2: BEDIENINGSPANEEL.
10- Hendel van puntlassen.
bijregelen van de tijd van het puntlassen in vergelijking met de conditie van
default fabrieksaf.
selecteert de dikte van de metalen plaat die men moet puntlassen.
: de stroom van puntlassen is pulserend.
Bij de uitvoering van deze selectie verbetert men de capaciteit van
puntlassen op metalen platen met een hoge limiet van elasticiteit
ofwel op metalen platen met bijzondere beschermende folies. De
periode van het pulseren is automatisch en vereist geen regeling.
: nominaal puntlassen.
De twee leds knipperen afwisselend, de overige leds zijn uit, dit signaleert de
blokkering van de puntlasmachine wegens overtemperatuur; het herstel is
automatisch bij de terugkeer van de temperatuur binnen de voorziene limieten.
5. INSTALLATIE
ZORGVULDIG
IS
UITGESCHAKELD
VOEDINGSNET.
DE
ELEKTRISCHE
EN
PERSONEEL.
5.1 INRICHTING
De puntlasmachine uitpakken, de montage uitvoeren van de losse gedeelten bevat
in de verpakking.
Alle puntlasmachines beschreven in deze handleiding zijn niet voorzien van
hijsmiddelen; ingeval men een oogbout wenst aan te brengen om de puntlasmachine
op te hangen gebruik makend van de opening
schroefdraadbeen niet meer dan 8mm binnendringt.
Op de plaats van installatie een voldoende ruime zone voorzien, vrij van hindernissen
die geschikt is om een veilige toegang naar de bedieningspanelen en de werkzone
(elektroden) te garanderen.
de toevoer en afvoer van de koellucht, en hierbij controleren of er geen geleidende
stoffen, corrosieve dampen , vocht, enz. kunnen aangezogen worden.
De puntlasmachine op een vlak oppervlak van homogeen en compact materiaal
plaatsen dat geschikt is om het gewicht ervan te dragen (zie "technische gegevens")
teneinde het gevaar van kantelen en gevaarlijke verplaatsingen te voorkomen.
op de plaat van de puntlasmachine overeenstemmen met de spanning en
frequentie van het net beschikbaar op de plaats van installatie.
-
De puntlasmachine moet uitsluitend verbonden worden met een voedingssysteem
met geleider van neutraal aangesloten op de aarde.
-
Om de bescherming tegen een onrechtstreeks contact te garanderen,
differentiaalschakelaars van het volgende type gebruiken:
- Type A (
) voor eenfase machines;
- Type B (
) voor driefasen machines.
-
Teneinde te voldoen aan de vereisten van de Norm EN 61000-3-11 (Flicker) raadt
men aan de puntlasmachine te verbinden met de punten van interface van het
voedingsnet die een impedantie hebben kleiner dan Zmax =0.179 ohm.
-
De puntlasmachine valt niet onder de vereisten van de norm IEC/EN 61000-3-12.
Indien ze aangesloten wordt op een openbaar voedingsnet, behoort het tot de
puntlasmachine kan worden aangesloten (indien nodig, de exploitant van het
distributienet raadplegen).
Met de voedingskabel een standaardstekker verbinden (3P+T: er worden slechts
2 polen gebruikt voor de verbinding 400V INTERFASEN; 2P+T: verbinding 230V
EENFASE) met een adequaat vermogen en een stopcontact voorbereiden beschermd
door zekeringen of door een thermomagnetische automatische schakelaar; de
speciale aardklem moet verbonden worden met de aardegeleider (geel-groen) van
de voedingslijn.
van het distributiesysteem en de voedingsspanning van uw puntlasmachine,
Het vermogen van de stekker en de karakteristiek van de ingreep van de zekeringen en
van de thermomagnetische schakelaar zijn aangeduid in de tabellen TAB. 1 en TAB. 7.
Ingeval er meerdere puntlasmachines geïnstalleerd worden moet men de voeding
cyclisch verdelen tussen de drie fasen zodanig dat er een meer evenwichtige belasting
gerealiseerd wordt, bijvoorbeeld :
Puntlasmachine 1 : voeding L1-N.
Puntlasmachine 2 : voeding L2-N.
Puntlasmachine 3 : voeding L3-N.
enz.
Puntlasmachine 1 : voeding L1-L2.
Puntlasmachine 2 : voeding L2-L3.
Puntlasmachine 3 : voeding L3-L1.
enz.
- 30 -
EN
LOSGEKOPPELD
PNEUMATISCHE
AANSLUITINGEN
VAN
HET
MOETEN