Bediening
7.4
Accumonitor gebruiken
Het toestel is uitgerust met een accumonitor met meerdere niveaus die de voertuig-
accu bij aansluiting op het gelijkstroom-boordnet beschermt tegen diepontlading.
Als de koelbox bij uitgeschakeld contact in het voertuig wordt gebruikt, wordt de
koelbox automatisch uitgeschakeld zodra de voedingsspanning daalt tot onder een
ingestelde waarde. De koelbox wordt weer ingeschakeld zodra door oplading van
de accu de herinschakelspanning is bereikt.
A
LET OP! Gevaar voor beschadiging!
Als de accu wordt uitgeschakeld door de accumonitor, wordt de accu
niet meer volledig opgeladen. Voorkom herhaaldelijk starten of het
inschakelen van stroomverbruikers zonder langere laadfasen. Zorg
ervoor dat de accu weer wordt opgeladen.
In de stand „HIGH" reageert de accumonitor sneller dan in de standen „LOW" en
„MED" (zie volgende tabel).
Accumonitormodus
Uitschakelspanning bij 12 V
Herinschakelspanning bij 12 V
Uitschakelspanning bij 24 V
Herinschakelspanning bij 24 V
De accumonitormodus kan als volgt worden geselecteerd:
1. Schakel de koelbox in.
2. Druk drie keer op de toets „SET" (afb. 3 4, pagina 3).
3. Gebruik de toetsen „UP +" (afb. 3 7, pagina 3) en „DOWN –" (afb. 3 6,
pagina 3) om de accumonitormodus te selecteren.
✔ Het display toont het volgende:
Lo (LOW), ΠEd (MED), Hi (HIGH)
✔ Het display geeft voor enkele seconden de ingestelde modus weer. Het display
knippert meerdere keren alvorens terug te keren naar de actuele temperatuur.
I
INSTRUCTIE
Als de koelbox wordt gevoed door de starteraccu, selecteer dan de
accumonitormodus „HIGH". Als de koelbox is aangesloten op een voe-
dingsaccu is de accumonitormodus „LOW" voldoende.
142
LOW
MED
10,1 V
11,4 V
11,1 V
12,2 V
21,5 V
24,1 V
23,0 V
25,3 V
CFX
HIGH
11,8 V
12,6 V
24,6 V
26,2 V
NL