4. Voorbereiding
4.1 De afstandsbediening klaarmaken
De eenheid kan vanop afstand worden bediend met
de bijgeleverde afstandsbediening.
•
Zelfs wanneer de afstandsbediening wordt
gebruikt binnen het effectieve bereik van
6 m (19,7 voet), kan de werking van de
afstandsbediening worden verstoord als er
zich voorwerpen tussen de eenheid en de
afstandsbediening bevinden.
•
Als de afstandsbediening wordt gebruikt
in de buurt van andere producten die
infrarode straling genereren of als er andere
afstandsbedieningen infrarode stralen
gebruiken in de buurt van de eenheid, werkt
deze mogelijk niet goed. Het is ook mogelijk dat
de andere producten niet goed werken.
4.2 De batterij van de afstandsbediening
vervangen
1
Druk en schuif het deksel om
het batterijcompartiment
van de afstandsbediening te
openen.
Plaats twee AAA-batterijen.
2
Verzeker dat de (+) en (-)
eindes van de batterijen
overeenkomen met de (+)
en (-) eindes gemarkeerd in
het batterijcompartiment.
3
Plaats het deksel terug op
het batterijcompartiment.
Voorzorgsmaatregelen betreffende batterijen
•
Zorg ervoor dat de batterijen worden geplaatst
met de positieve " " en negatieve " " polen in
de juiste richting.
•
Gebruik batterijen van hetzelfde type. Gebruik
nooit verschillende types van batterijen samen.
•
Er kunnen oplaadbare of niet-oplaadbare
batterijen worden gebruikt. Raadpleeg de
voorzorgsmaatregelen op hun etiketten.
•
Let op uw vingernagels bij het verwijderen van
het batterijdeksel en de batterij.
•
Laat de afstandsbediening niet vallen.
•
Stoot niet met andere voorwerpen tegen de
afstandsbediening.
•
Zorg ervoor dat er geen water of andere
vloeistoffen in de afstandsbediening
terechtkomen.
•
Leg de afstandsbediening niet op een nat
voorwerp.
•
Leg de afstandsbediening niet in rechtstreeks
zonlicht of in de buurt van warmtebronnen.
10
•
Haal de batterij uit de afstandsbediening als
deze lange tijd niet wordt gebruikt, omdat
corrosie of lekken van de batterij kan leiden tot
fysiek letsel en/of beschadiging van eigendom
en/of brand.
•
Gebruik alleen het opgegeven type van
batterijen.
•
Meng geen nieuwe met oude batterijen.
•
Laad een batterij nooit op, tenzij het wordt
bevestigd dat ze van het oplaadbare type zijn.
4.3 Plaatsing en montage
Plaatsing
A
Als uw TV op een tafel is geplaatst, kunt u de
eenheid rechtstreeks op de tafel plaatsen, voor
de TV en in het midden van het TV-scherm.
B
Als uw TV tegen de muur is bevestigd, kunt u
de eenheid tegen de muur monteren, recht
onder het TV-scherm.
Opmerking: De eenheid moet op een plaats gezet
worden waar het hinderen van de signaalontvanger
van de TV of de afstandsbediening van de TV
vermeden wordt.