A
B
A. Aan/uit-toets, druk gedurende 3 seconden. Het apparaat wordt ingeschakeld en
er klinkt een lang geluidssignaal (1 sec).
B. Wifitoets, gebruikt om het apparaat aan te sluiten
C. Mode-toets, gebruikt om te kiezen tussen koelkast, vriezer, eco en vakantie
D. TEMP-toets, gebruikt om te kiezen tussen temperatuurniveaus (ook Super Cool
en Super Freeze)
a. Pictogram voor koelkast-/vriezergedeelte, geeft aan welke ruimte van het apparaat
is geselecteerd
b. Temperatuurniveaus van de koelkast, geven aan wat de geselecteerd temperatuur is
c. Pictogram voor superkoelen, geeft aan of de superkoelfunctie geactiveerd is
d. Temperatuurniveaus van de vriezer, geven aan wat de geselecteerde temperatuur is
e. Pictogram voor supervriezen, geeft aan of de supervriesfunctie geactiveerd is
f.
Eco-moduspictogram, geeft aan of de Eco-modus geactiveerd is
g. Vakantiefunctiepictogram, geeft aan of de vakantiefunctie geactiveerd is
h. Wifipictogram, geeft aan of de wifi werkt en het apparaat verbonden is
i.
Pictogram aangepaste temperatuur, geeft aan of de temperatuur vanuit de app is
geselecteerd
Gebruik
•
Steek de stekker in het stopcontact en het apparaat gaat automatisch aan met een
lange akoestische feedback (1 sec.) Alle leds gaan aan (1 sec), daarna gaan de
temperatuur-led van de koelkast en de led van de vriezer vast branden.
De temperatuur wordt automatisch ingesteld op 4°C in de koelkast en
•
-18°C in de vriezer.
OPMERKING: Wacht minstens 2/3 uur voordat u voedsel in het apparaat plaatst,
zodat de temperatuur in de koelkast wordt gegarandeerd.
•
Bij stroomuitval wordt het laatst ingestelde koelniveau hersteld.
•
Om de standaardinstelling te herstellen, houdt u de deurschakelaar in de
koelkast ingedrukt en drukt u tegelijkertijd 5 seconden op de aan/uit-toets.
Bij normale bedrijfsomstandigheden (in het voorjaar en de herfst) wordt aanbevolen
•
de temperatuur in te stellen op 4°C. In de zomer, wanneer de omgevingstemperatuur
hoog is, wordt aanbevolen de temperatuur in te stellen op 6~8°C om de koelkast- en
de vriezertemperatuur te garanderen en de continue productieve tijd van de koelkast
te verlagen. In de winter, wanneer de omgevingstemperatuur laag is, wordt
aanbevolen de temperatuur in te stellen op 3~4°C om frequent starten/stoppen van
de koelkast te voorkomen.
GEBRUIK
C D
a
b
c
d
NL 111
e
f g h i