– NL – Trainingshandleiding
Crosstrainer
Ideaal voor het trainen van de grote spiergroepen
zoals benen, armen, romp en schouders.
Door de elliptische bewegingsafloop is de training uiterst ge-
wrichtontziend. Crosstraining is vooral heel geschikt voor mensen
die beroepshalve veel zitten. Bij het trainen op de crosstrainer heeft
u een rechte trainingspositie. De rug en de wervelkolom worden
daardoor ontlast. Er zijn verschillende trainingsbelastingen moge-
lijk: alleen beentraining – dan blijven de handen aan de vaste
greepbeugel, training van het hele lichaam met passief gebruik
van de armen, training van het hele lichaam met actief gebruik van
de armen. De koppeling van been- en armtraining resulteert in een
effectieve training van het hele lichaam waarbij alle belangrijke
spiergroepen ingezet worden.
Bij de bovenlichaamtraining met de armstangen worden boven-
dien de arm-, schouder- en rugspieren ingezet.
De voordelen:
■
elliptische beweging die de gewrichten ontziet.
■
effectieve training van het hele lichaam en inzetten van alle be-
langrijke spiergroepen.
■
afwisselingrijke training in de voorwaartse en rugwaartse be-
weging.
■
ideaal voor een gezondheid georiënteerde fitnesstraining.
Energieverbruik (kcal): ca. 700 per uur
Vetverbranding: ca. 55-59 gr. per uur
Lichaamshouding en bewegingsuitvoering
Let op een stevige, stabiele stand op de treevlakken.
De schoenzool kan daarbij tegen de voorste rand van het treevlak
stoten (vooral bij kleinere personen).
Pak met de handen de armhendels op borsthoogte vast en houd de
ellenbogen daarbij licht gebogen. Houd het bovenlichaam in een
rechte positie. Let erop, dat de knieën en ellenbogen tijdens de be-
weging altijd licht gebogen blijven.
Let tijdens de voorwaartse beweging erop, zoals bij het normale
lopen, de hak van de bodem op te heffen, om de training van de
kuitspieren en de doorbloeding van de voeten te waarborgen.
46
Trainingsvariaties
Uw crosstrainer biedt u een veelvoud aan trainingsvariaties. Door
het actieve en passieve bewegen van de armhendels kunt u de in-
tensiteit van uw bovenlichaamtraining zelf bepalen. Zo kunt u de
belasting bijvoorbeeld meer op de been- en bilspieren leggen, do-
ordat u de armhendels gewoon passiever en losser beweegt.
Om de training van het bovenlichaam te intensiveren, beweegt u
de armhendels met uw armen dynamischer.
Over het algemeen blijft het echter een training van het hele lich-
aam, waarbij u naast de bil- en beenspieren ook de schouder-,
arm- en rugspieren traint.
Uw crosstrainer biedt u ook de mogelijkheid de armen helemaal
weg te laten. Pak hiervoor met de handen de vaste greepbeugel
vast. Daarbij blijven de ellenbogen losjes bij het bovenlichaam,
zodat de armhendels vrij bewegen kunnen. In deze positie traint u
uitsluitend de been- en bilspieren.