4. Monteer de onderste steunbalken en stel de hoek zo in dat het zonnepaneel maximaal zonlicht vangt.
Opmerking: zorg dat de beide uiteinden van de onderste steunbalken met hetzelfde nummer zijn uitgelijnd.
C x2
H x4
600
Onderste steunbalk
M6×14 Zeskantflensbout
mm
5. Draai alle schroeven met een aandraaimoment van 5 Nmvast.
N x1
Zeskantsleutel
6. Sluit het zonnepaneel aan met de zonnepaneelverlengkabel.
Opmerking: om vallen te voorkomen, kunt u de zonnepaneelverlengkabel tijdelijk met kabelbinders aan de balkonreling vastmaken.
177 NL
B
C
45
40
35
30
A
5N.m
7. Hang het zonnepaneel aan de balkonreling en pas de u-vormige rekken met de hand aan de vorm van de balkonreling aan.
Vervolgens zet u de u-vormige rekken vast met de roestvaststalen slangklemmen.
Houd het zonnepaneel vast totdat de U-vormige rekken stevig met roestvaststalen slangklemmen zijn vastgezet.
Als u te vaak op de U-vormige rekken drukt, kunnen er barsten in de verf komen.
·
Rechtsom schroeft u de roestvaststalen slangklemmen vast en linksom draait u ze los.
·
Om de steunen aan één kant vast te zetten, zijn minstens twee roestvaststalen slangklemmen
T
nodig.
K x2
304 roestvaststalen slangklem
8. Monteer de steunbeugels op de balkonreling en zet ze vast met de bevestigingsklemmen en roestvaststalen slangklemmen.
G x4
J x4
E x4
Bevestigingsklem
M6×100 Zeskantflensbout
M6 Flensmoer
K x2
304 roestvaststalen slangklem
NL 178