16
Selecteer het station waarop u het
stuurprogramma wilt installeren en klik
op [Install] (installeer).
Het scherm met de gebruikersnaam en het
wachtwoord van de beheerder verschijnt.
17
Voer "Name" (Naam) en "Password"
(Wachtwoord) van de beheerder in en
klik op [OK].
Het scherm verschijnt waarin de installatie moet
worden gemarkeerd.
18
Klik op [Continue Installation] (zet
installatie voort) om verder te gaan met
de installatie.
De installatie begint.
19
Klik op [Restart] (nieuw begin) als de
installatie klaar is en het bericht "The
software was successfully installed" (De
software is correct geïnstalleerd)
verschijnt.
®
Uw Mac
zal herstarten.
De installatie van het printerstuurprogramma is
nu compleet.
20
Sluit na het opnieuw opstarten de
USB-kabel en de stroomkabel
aan op de printer.
Verwijder het eventuele
waarschuwingslabel op de USB-poort
van de printer en sluit daarna de USB-
kabel aan.
21
Sluit de USB-kabel aan op de USB-poort van de Mac
Druk op de ON/OFF-knop (AAN/UIT-knop) ( ) om de printer aan te
zetten.
Als u een USB hub gebruikt en uw Mac
de printer direct op uw Mac
NEDERLANDS
USB-poort
®
uw printer niet herkent, probeert u dan
®
aan te sluiten.
Stroomkabel
connector
Stroomkabel
USB-kabel
®
.
43
STAP
1
STAP
2
STAP
3
STAP
4