Operatie
NL
Bediening van de toetsen
De hier beschreven bediening verwacht dat het indrukken van een (keuze)toets gevolgd wordt door het
indrukken van een volgende toets.
De volgende toets moet binnen 10 seconden worden ingedrukt, anders wordt de selectie gewist.
Inschakelen van de kookplaat en kookzones
1. Druk op de AAN/UIT-toets (ca. 1 sec.) totdat de vermogensstand 0
verschijnt en er een kort signaal klinkt. De besturing is klaar voor
gebruik.
2. Zet kookgerei dat geschikt is voor inductiekoken op de kookzone.
Het panherkenningsapparaat activeert de inductiespoel. Op het
display van de vermogensstand van de betreffende kookzone wordt
"0" weergegeven.
3. Gebruik het vermogensstanddisplay (als toets) om een kookzone
te selecteren. De stand-by stip van de geselecteerde kookzone gaat
branden.
4. Direct daarna moet de schuifregelaar worden geactiveerd. Er
wordt een vermogensstand ingeschakeld.
Zie het hoofdstuk "Wetenswaardigheden over de schuifregelaar
(sensorveld)". Druk op het betreffende sensorveld om een vermogensstand te wijzigen of een extra
kookzone in te schakelen.
Belangrijk: de stand-by stip van de geselecteerde kookzone moet oplichten.
Zolang er geen kookpot op de kookzone staat, wisselt het display tussen het ingestelde vermogensniveau
en het panherkenningssymbool. Als er geen pan op de kookzone staat, schakelt deze om veiligheidsrede-
nen na 10 minuten uit. Raadpleeg het hoofdstuk over panherkenning.
Een kookzone uitschakelen
Gebruik de vermogensweergave (als toets) om een kookzone te selecteren. De stand-by stip van de
geselecteerde kookzone moet oplichten.
5.a) Druk op de schuifregelaar uiterst links of
5.b) sleep uw vinger naar links over de schuifregelaar om de
vermogensinstelling terug te brengen naar 0
5.c) Druk op de AAN/UIT-toets. Alle kookzones zijn uitgeschakeld.
Uitschakelen van de kookplaat
6. Druk op de AAN/UIT-toets van de kookplaat. De kookplaat wordt
uitgeschakeld
ongeacht eventuele instellingen.
Houd er rekening mee dat:
•De kookplaat schakelt automatisch uit na 10 seconden wanneer
alle
kookzones en de ventilator worden handmatig uitgeschakeld en nee
toets/sensorveld wordt daarna ingedrukt.
•Ventilator heeft een naloopfunctie (zie hoofdstuk "Ventilator naloop")
77