Handwas in koud water (ALLEEN DE STOF VAN DE KAP)
30° C
Niet bleken
Niet in de droogtrommel drogen
Niet strijken
Niet chemisch laten reinigen
Reinig de kunststofdelen regelmatig met een vochtige
doek, gebruik geen oplos- of schuurmiddelen. Na eventu-
ele aanraking met water moeten de metalen delen afge-
droogd worden om roestvorming te voorkomen.
ONDERHOUD
Controleer periodiek de slijtagestaat van de wielen en houd
ze vrij van stof en zand. Om wrijving te voorkomen die de
correcte werking van de wandelwagen kan beïnvloeden,
controleer of alle onderdelen van kunststof schoon zijn
van stof, vuil en zand. Berg de wandelwagen op een droge
plaats op. Smeer de bewegende delen indien nodig met
droge siliconenolie.
LIJST MET ONDERDELEN
Controleer of alle componenten voor dit model voorhan-
den zijn voordat u de wagen in elkaar zet. Mocht er iets
ontbreken, neem dan contact op met de klantenservice
van Chicco. U hoeft geen gereedschap te gebruiken om de
wagen in elkaar te zetten. U heeft de volgende delen nodig
om de wagen in elkaar te zetten:
• Frame
• Zitting met stof
• Kap
• Bumper bar
• Comfort-kit (schouderbeschermstukken en tussenbeenstuk)
• Boodschappenmand
• Regenhoes
• 2 achterwielen
• 2 voorwielen
Belangrijke opmerking: de afbeeldingen en instructies in
deze handleiding verwijzen naar een uitvoering van de
wandelwagen.
EERSTE MONTAGE WANDELWAGEN
WAARSCHUWING: Let er bij deze handeling op dat het
kind en eventuele andere kinderen zich op een veilige af-
stand bevinden. Verzeker u er tijdens deze fase van dat de
bewegende delen van de wandelwagen niet in aanraking
komen met het lichaam van het kind.
1. De wandelwagen wordt gesloten geleverd. Open de
vergrendelingshaak (Fig. 1); houd de greep en de voorste
stang vast en draai tot u een klik hoort om de wandel-
wagen te openen. Druk op de middenknop op de hand-
greep om deze te openen en op de gewenste hoogte in
te stellen (Fig. 1A).
2. Monteer een voorwiel door de pin in het gat in het frame
de duwen tot u een klik hoort (Fig. 2). Herhaal dezelfde
handeling met het andere voorwiel.
3. Om de achterwielen te monteren steekt u de wielpen in
de opening in de stang van de achterpoot (fig. 3). Her-
haal dezelfde handeling bij het andere wiel.
WAARSCHUWING: Voordat u de wandelwagen gebruikt,
moet u controleren of de wielen stevig aan het frame zijn
bevestigd door ze naar buiten te trekken.
4. De voorwielen kunnen worden verwijderd door een
puntig voorwerp in de gleuf aan de voorzijde van het
frame te duwen (Fig. 4). Om de achterwielen te verwijde-
ren, drukt u op dezelfde manier op de ontgrendelknop
die naast de achterwielen is aangegeven (Fig. 4A).
VEILIGHEIDSGORDELS
5. De wandelwagen is uitgerust met een reeds gemonteerd
veiligheidssysteem met vijf verankeringspunten bestaande
uit twee schouderbanden met bijbehorende knoopsgaten,
twee veiligheidsgordels en een tussenbeenstuk met gesp.
Op de rugleuning bevinden zich twee paar knoopsgaten
om de hoogte van de schouderbandjes aan te passen aan
de lichaamsbouw van het kind (Fig. 5).
WAARSCHUWING: Voor gebruik met kinderen vanaf de
geboorte tot ongeveer 6 maanden, moeten de schouder-
bandjes in de onderste knoopsgaten worden gestoken (Fig.
5); het kan nodig zijn de lengte van de gordels in te korten
om ze aan de lichaamsbouw van het kind aan te passen.
WAARSCHUWING: Om de gordels aan de lichaamsbouw
van het kind aan te passen gebruikt u de schoudergordels
door ze eerst door de twee afstelopeningen te halen (Fig. 5).
Nadat u het kind in de wandelwagen heeft gezet, maakt
u de gordels vast door eerst de twee vorken (Fig. 5B nr. 1)
door het knoopsgat in de schouderbeschermstukken te
halen. Steek vervolgens de vorken (Fig. 5B nr. 1) in de twee
onderdelen van de buikgordel (Fig. 5B nr. 2) en steek deze
in de zijkanten van de ronde gesp van het tussenbeenstuk
(Fig. 5B nr. 3); stel de lengte van de gordels af door ze op
de schouders en de taille van het kind aan te laten sluiten.
Om de buikgordel los te maken drukt u op de knop in het
midden van de gesp van het tussenbeenstuk (Fig. 5B nr. 3).
WAARSCHUWING: Om de veiligheid van het kind te garan-
deren moeten de tussenbeenstukken, de veiligheidsgordel
en de schouderbandjes tegelijkertijd worden gebruikt.
KIT COMFORT
6. De Comfort-Kit bestaat uit 2 gewatteerde schouderbe-
schermstukken en een tussenbeenstuk (Fig. 6).
Steek de gordels van de schouderbandjes in de bescherm-
stukken en steek de ronde gesp in het gewatteerde tus-
senbeenstuk.
BUMPER BAR
7. De zitting is voorzien van een bumper bar. Om de beugel
vast te maken, steekt u deze in de speciale houders bij
de koppeling (Fig. 7) en zorg er voor dat de beugel goed
vastgemaakt is door deze naar zich toe te trekken. Om
de bumper bar te verwijderen, drukt u op de twee bui-
tenste knoppen aan de zijkant (Fig. 7A) en trekt ze uit de
houders. De beugel kan zowel in de stand naar de straat
gericht als naar de ouder gericht worden gebruikt.
WAARSCHUWING: Maak het kind altijd met de veilig-
heidsgordels vast. De bumper bar is GEEN bevestigingssy-
steem voor het kind.
WAARSCHUWING: Gebruik de bumper bar nooit om het
product met het kind erin op te tillen.
MONTAGE ZITTING OP WANDELWAGEN
8. Om de zitting van de wandelwagen op het frame te
47