Voordat u uw Nieuwe Inductiekookplaat in gebruik
neemt
• Lees deze handleiding, let met name op het deel
'Veiligheidswaarschuwingen'.
• Verwijder eventuele beschermfolie die nog op uw inductiekookplaat
aanwezig is.
Het gebruik van de aanraaktoetsen
• De bedieningstoetsen reageren op aanraking, u hoeft dus geen enkele druk
uit te oefenen.
• Gebruik de bal van uw vinger en niet het topje.
• Elke keer als er een aanraking gedetecteerd wordt, klinkt er een piepje.
• Zorg ervoor dat de bedieningstoetsen altijd schoon en droog zijn, en dat ze
niet bedekt worden door een voorwerp (bijv. keukengerei of een doek).
Zelfs een dun laagje water kan de bedieningstoetsen moeilijk te bedienen
maken.
Keuze van het juiste kookgerei
•
Gebruik uitsluitend kookgerei waarvan de bodem geschikt is voor bereiding
met inductie. Zoek naar het inductiesymbool op de verpakking of op de
bodem van de pan.
•
U kunt controleren of uw kookgerei geschikt is voor inductie
door een magnetische test uit te voeren. Beweeg een magneet
over de onderkant van de pan. Als de magneet wordt
aangetrokken, dan is de pan geschikt voor inductie.
•
Als u geen magneet hebt:
1. Giet wat water in de pan die u wilt controleren.
2. Als
niet gaat knipperen en het water warm wordt, dan is de
pan geschikt.
•
Kookgerei gemaakt van de volgende materialen is niet geschikt: zuiver roestvrij staal,
aluminium of messing zonder magnetische bodem, glas, hout, porselein, keramiek en
aardewerk.
NL-12