• Zacht materiaal (hout, plastic enz.): Pendel op stand 2
of 3 zetten.
Opmerking:
Als de pendelslag geactiveerd is, kunt u sneller werken.
9.5
De externe stofafzuiging aansluiten
(afb. 1, 9)
Opmerking:
U kunt de zuigslang van een stofzuiger (met een buitendi-
ameter van 32mm en 35mm) eventueel direct en zonder
tussenstuk op het product aansluiten.
9.5.1
Externe stofafzuiging aansluiten/
verwijderen
1. Schuif de afzuigaansluiting (17) tot aan de aanslag in
de rail tussen het product en de bodemplaat (6).
2. Sluit een goedgekeurde stofafzuiging (niet meegele-
verd) aan op het afzuigaansluiting (17).
3. Als de externe stofafzuiging niet past, gebruik dan
eventueel daarnaast het afzuigtussenstuk (16).
4. Schakel het product in of uit zoals beschreven onder
9.1.
9.5.2
Externe stofafzuiging verwijderen
1. Trek de zuigslang van het afzuigtussenstuk (16) of
van de afzuigaansluiting (17) af.
2. Trek het afzuigtussenstuk (16) van het product af.
3. Verwijder de afzuigaansluiting (17).
9.6
Invalzaagsnedes (afb. 1, 10)
Invalzaagsnedes mogen alleen in zachte materialen als
hout, gasbeton, gipskarton enz. worden gemaakt. Dit
vraagt echter om enige oefening en is alleen mogelijk met
korte zaagbladen. Invalzaagsnedes zijn alleen toege-
staan, als de verstekhoek 0° bedraagt.
1. Zet de voorkant van de bodemplaat (6) vlak tegen het
werkstuk aan.
2. Zaag langzaam met een neerwaartse beweging het
werkstuk in, tot de bodemplaat (6) volledig op het
werkstuk rust.
3. Zaag verder langs de snijlijn.
4. Zet de zaag uit en til hem van het werkstuk af als het
werk klaar is.
9.7
Zagen in metaal
• Gebruik bij het bewerken van metaal een geschikt
koelmiddel (zaagolie). Niet-naleving kan leiden tot
enorme slijtage van het zaagblad. In plaats van koel-
vloeistof te gebruiken, kan de onderkant van het werk-
stuk worden ingevet. Er wordt een zaagblad voor hout
meegeleverd; gebruik geschikte zaagbladen voor me-
taal om metaal te zagen.
10 Werkinstructies
• Controleer het te bewerken materiaal op vreemde
deeltjes zoals spijkers, bouten etc. en verwijder deze.
• Let erop dat de luchtsleuven niet worden afgedekt.
• Product inschakelen en pas daarna het te bewerken
materiaal toevoeren.
62 | NL
• Schakel het product direct uit als het zaagblad vast-
klemt. Spreid de reeds gezaagde spleet uit met een
geschikt gereedschap en trek het product eruit.
• Pas het zaagblad en de zaagsnelheid aan het te ver-
werken materiaal aan.
• Zaagbladen die geoptimaliseerd zijn voor elke toepas-
sing van uw product zijn in de handel verkrijgbaar in
verschillende lengtes.
• Zaag het materiaal met een gelijkmatige aanvoer.
10.1
Informatie over het gebruik
* = niet meegeleverd!
1. Borg of bevestig (indien mogelijk) het werkstuk in een
kleminrichting*.
2. Teken een lijn om aan te geven, hoe u het zaagblad
wilt geleiden.
3. Houd het product stevig bij het handvat vast.
4. Een terugslag is de plotselinge reactie van een ha-
kend, klemmend of incorrect uitgelijnd zaagblad, wat
ertoe leidt dat een ongecontroleerde zaag wordt opge-
tild en zich vanuit het werkstuk in de richting van de
operator beweegt.
5. Stel de snelheid van de zaag in met de aan/uit-scha-
kelaar.
6. Stel de verstekhoek in zoals beschreven onder 9.3.
7. Stel de uitslag van de pendelfunctie in zoals beschre-
ven onder 9.4.
8. Schuif het product bij het zagen van bochten slechts
heel langzaam vooruit.
9. Controleer, voordat u op de aan/uit-schakelaar drukt,
of het zaagblad correct gemonteerd is en of de bewe-
gende delen soepel lopen.
10. Schakel het product in.
11. Laat het zaagblad op volle snelheid komen voor-
dat u het in het werkstuk zaagt. Dit verkleint het risi-
co dat het werkstuk wordt weggeslingerd.
12. Zet de bodemplaat vlak op het werkstuk, behalve bij
invallende snedes.
13. Beweeg het product langzaam langs de getekende
lijn. Houd de bodemplaat daarbij stevig tegen het
werkstuk aan gedrukt.
14. Oefen niet te veel druk uit op het product. Laat het
product het werk doen.
15. Schakel het product voor het neerleggen altijd uit
en wacht tot het product tot stilstand is gekomen.
www.scheppach.com