NEDERLANDS
De luchtgordijnen uit deze serie kunnen zowel
als voor warme als koude lucht worden
gebruikt.
Wij raden u aan om te controleren of de unit in
goede staat is als u het uitgepakt heeft
aangezien elke fabricage- of kwaliteitsfout
onder de S&P garantie valt.
BELANGRIJKE INSTRUCTIES
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
Hang het luchtgordijn niet recht onder of
boven een stopcontact.
Dek de in- en uitstroomopeningen van het
luchtgordijn niet af met voorwerpen of kleding
die de vrije luchtcirculatie zouden hinderen.
Het afdekken kan tot oververhitting leiden.
Als het luchtgordijn is aangesloten, mag het
snoer niet voor de luchtuitlaat zitten.
Er mogen zich geen lichtontvlambare
voorwerpen op minder dan 50 cm van de unit
bevinden (bijv. gordijnen e.d.)
Houdt de inlaat- en uitlaatroosters schoon.
Koppel de unit los van het elektrisch net
voordat u deze gaat schoonmaken of voordat
u om het even welke handeling binnen in het
apparaat gaat uitvoeren.
Raak de unit niet met natte handen aan.
De installatie dient volgens de plaatselijk
geldende regels te geschieden.
BELANGRIJK: DEZE APPARATEN
MOETEN WORDEN GEAARD.
Bij de schakelaar die de verbinding vormt met
het elektrisch net moeten de contacten van
alle polen ten minste 3 mm van elkaar
gescheiden zijn in uitgeschakelde toestand.
Om het luchtgordijn goed te laten werken dient
de maximum afstand tot de vloer niet meer
dan 10 meter te bedragen.
De minimum afstand tussen het luchtgordijn
en de vloer dient 4 meter te zijn.
INSTALLATIE
De unit moet op een geschikt oppervlak
bevestigd worden waarbij de minimum
afstanden, die op afbeelding 1 getoond
worden, aangehouden moeten worden.
Ga bij het installeren van de unit als volgt te
werk:
Als de spiraalmoeren gebruikt worden die al in
het apparaat zitten, dan dient het hart tussen
de centers van de schroeven (M-12) volgens
de tabel van afb. 2 (a) en afb. 2 (b) gemarkeerd
te worden.
Om de aansluitklemmen te kunnen bereiken
moet u het rooster aan de voorzijde openen
door de schroeven, weergegeven met "A" in
de Afb. 3, los te schroeven. Voer het proces uit
in de omgekeerde volgorde om het rooster te
sluiten.
De maximale werkdruk van de waterradiator
mag niet hoger zijn dan 4Kg/cm .
De maximale temperatuur van het warm water
mag niet hoger zijn dan 95ºC.
De waterbatterij mag niet functioneren bij
temperaturen onder de 5ºC. Indien de
temperatuur kan zakken onder deze limiet
m o e t e r a n t i v r i e s o p l o s s i n g w o r d e n
toegevoegd of moet de installatie worden
leeggemaakt.
De waterpomp moet aan de batterij worden
gekoppeld via de voorziene ingangen met 3/4"
gasdraad.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Deze units vormen een vaste installatie. Het
luchtgordijn dient volgens de plaatselijk
geldende normen aangesloten te worden.
Er moet op de installatie een automatische
zekering of ander type omnipolaire schakelaar
worden voorzien die alle voedingsdraden van
de unit kan onderbreken.
Sluit de unit op de netvoeding aan en
controleer of het voltage en de frequentie
overeenkomen met de gegevens die op het
typeplaatje vermeld staan.
Gebruik voor elk model de juiste bedrading en
secties zoals is aangegeven op het
aansluitschema van elk model.
Bevestig de kabels met de afdichting.
INBEDRIJFSTELLING EN
BEDIENING
AANSLUITING METAFSTANDBEDIENING.
(De afstandsbediening wordt afzonderlijk
17
2
Afb. 4