427677
11. Verwijder de kap (9) van het woord en schroef de punt (23) los en verwijder deze
12. Verbind het lasapparaat met de voeding, schakel het in, en houd de toorts vast
13. Verwijder de toorts van het lasapparaat, op een zodanige wijze dat de toortskabel gestrekt is
14. Zorg ervoor dat de toorts met niets contact maakt, en drukt de trekker (8) in. Het
draadaanvoermechanisme moet de draad nu door de toorts leiden. Zie afbeelding B
15. Indien de draad niet voortgeleid wordt, koppelgat lasapparaat dan los van de voeding, open
het deksel, en pas de spanningsknop (31) aan. De aandrijfrollen moeten net voldoende
aangespannen zijn om de draad door de toorts te leiden, maar niet zo strak aangespannen dat
ze voorkomen dat de aandrijfrollen slippen wanneer de draad geblokkeerd wordt
16. Wanneer de draad uit het einde van de toorts wordt geduwd, schakel het apparaat uit en koppel
het los van de voeding
17. Breng de punt en de kap opnieuw aan, en snijdt de draad op een zodanige wijze af dat
ongeveer 5 mm uit de punt steekt
Verwijderen van de draadhaspel en van een
draadeinde
1. Open het deksel van het lasapparaat met behulp van de vrijgave voor het doosdeksel (1)
2. Gebruik een tang om de laatste draadrest door de punt (15) van de toorts te trekken. Indien
de oude draadhaspel (25) niet leeg is, snijd de draad dan af ter hoogte van de haspel, los de
spanningsknop (31), en beweeg de spanningsgrendel (34- weg van de aanvoerrol (30).
3. Ga vervolgens verder in overeenstemming met de bovenstaande instructies voor het
"Aanbrengen van lasdraad"
Belangrijk
• Gebruik steeds geschikte persoonlijke beschermingsuitrusting die is afgestemd op het werk
dat u dient uit te voeren. Het gebruik van deze machine vereist een lasmasker, handschoenen,
hittebestendige kleding, en indien nodig een ademhalingstoestel
• Zorg ervoor dat er een in goede staat verkerende brandblusser dicht bij de werkplaats aanwezig
is
• Inspecteer uw machine steeds op eventuele schade of slijtage. Wees bijzonder aandachtig op
de kabels. Indien welke schade dan ook wordt vastgesteld, mag het gereedschap NIET gebruikt
worden
• Controleer of alle afdekkingen of deksels op correcte wijze gesloten en beveiligd zijn
• Positioneer het lasapparaat op een zodanige wijze dat het tijdens het gebruik niet kan bewegen
of kantelen. Zorg ervoor dat ten minste 500 mm vrije ruimte is rond het lasapparaat om een
goede ventilatie mogelijk te maken
Werking
WAARSCHUWING: Verwijder de stekker van het lasapparaat steeds uit het stopcontact en laat
het apparaat volledig afkoelen voordat u probeert welk onderdeel dan ook aan te brengen of te
vervangen.
Instellen van de machine
• Om een las van goede kwaliteit te realiseren, dienen de knop (4) voor de draadaanvoersnelheid
en de 120/60 A schakelaar (3) correct ingesteld te zijn. De 10% instelling voor de werkingscyclus
levert een stroom van 120 A, terwijl de 60% instelling een stroom van 60 A levert.
• De snelheid van de draad dient zodanig aangepast te worden dat er een stabiele vlamboog
ontstaat. De correcte instelling zal afhangen van de afstand, de stroom, de snelheid van de
toorts, en van andere factoren. Experimenteer met de snelheid van de draad tot u een optimale
instelling vindt
Opmerking: Het lasapparaat optimaliseert de afgegeven stroom in functie van de draadsnelheid
en van de waargenomen stroomwaarden, teneinde de kwaliteit van de las te verbeteren en om
spatten te voorkomen.
Gebruikscyclus
• Deze machine is niet ontworpen om continu te lassen. Te lang lassen geeft aanleiding tot een
oververhitting en tot schade aan interne componenten
• De werkingscyclus bepaalt het aantal minuten, per periode van tien minuten, tijdens dewelke de
machine lassen kan uitvoeren
• Voor een werkingscyclus van 10% kan de machine gebruikt worden gedurende 1 minuut, en
dient vervolgens 9 minuten af te koelen. De werkingscyclus van 60% staat 6 minuten werk toe
per 10 minuten
• Indien de werkingscyclus wordt overschreden, zal de machine automatisch uitgeschakeld
worden
• Het gebruik van de machine met gereduceerde ingestelde stroom, en het verzekeren van een
goede ventilatie zal de werkingscyclus maximaliseren
Thermische uitschakeling
• Wanneer de thermische uitschakelbeveiliging in werking treedt, zal de oververhittingsindicator
(5) oplichten en zal het lasapparaat uitgeschakeld worden
• Laat de machine afkoelen. De uitschakeling wordt automatisch gereset zodra de machine
opnieuw kan gebruikt worden
Gaslose MIG lasmachine
Lasvoorbereidingen
• Zorg ervoor dat alle te verbinden onderdelen zuiver zijn en vrij zijn van roest, verf, of andere
afwerkingen
• Alle onderdelen moeten goed ondersteund zijn, zodat er een spleet aanwezig is van ongeveer 1
mm op de plek waar u de lasverbinding wenst aan te brengen
• Zorg ervoor dat er geen ontvlambare materialen in de buurt van de werkplaats aanwezig zijn
• Verbind de aardingsklem (11) op een schoongemaakte zone van een van de delen, zo dicht
mogelijk bij de plaats van de uit te voeren las
• Zorg ervoor dat er een verantwoordelijke en een in goede staat verkerende brandblusser
aanwezig zijn
• Verbind de machine met de voeding
Lassen
WAARSCHUWING: Het op correcte wijze gebruiken van een lasapparaat is een technische
vaardigheid. Een verkeerd gebruikt lasapparaat kan zeer gevaarlijk zijn. De hierna vermelde
informatie geldt enkel als algemene richtlijn. Indien u niet volledig zeker bent van uw vermogen
om dit gereedschap op veilige wijze te gebruiken, DOE DAT DAN NIET.
1. Verplaats de Aan/Uit-schakelaar (2) naar de "AAN"-positie
2. Houd de toortsgreep (7) in de ene hand en het lasmasker (12) in de andere
3. Positioneer de toorts op een zodanige wijze dat de punt (23) ongeveer 10 mm verwijderd is van
het metaal, onder een hoek van ongeveer 75°.
4. Houd het masker over uw gezicht en druk de trekker (8) in
5. Een vlamboog moet ontstaan tussen het metalen onderdeel en de punt. Houd de trekker
gedurende 1-2 seconden ingedrukt en laat hem vervolgens weer los
6. Laat de las enigszins afkoelen en verwijder het masker van uw gezicht. Indien de instellingen
correct zijn uitgevoerd, dient er een ronde puntlas gevormd te zijn
7. Indien de las het metaal niet volledig doorboord heeft, voer dan de ingestelde spanning op.
Indien er een gat is ontstaan in het metaal, verminder dan de ingestelde spanning.
• Oefen het aanbrengen van puntlassen tot u voelt dat u de machine en de geselecteerde
instellingen beheerst
• Een alternatief op puntlassen is het maken van proplassen. Het bovenste metaal deel wordt
voorzien van boorgaten en het gat word gevuld met lasmateriaal. Puntlassen zijn meer geschikt
voor dunner materiaal, maar mogelijk moeilijker en niet voldoende
• Om een "naadlas" te vormen, houdt u de trekker langer ingedrukt en beweegt u de toorts
tegelijkertijd langzaam voorwaarts
• Indien de instellingen van de machine correct zijn, dient de vlamboog stationair en kalm te zijn
en een krakend geluid af te geven.
• Indien u een ploffend geluid hoort of niet in staat bent om de vlamboog in stand te houden,
pas dan de snelheid van de draad aan. Indien u voelt dat de toorts probeert "tegen te duwen",
reduceer dan de draadsnelheid
• Het creëren van zuivere en hoogkwalitatieve lassen is een vaardigheid die men niet zomaar
onder de knie krijgt. Oefening en voorbereiding zijn noodzakelijk om correcte lassen te vormen
Accessoires
• Verschillende accessoires en verbruiksmiddelen, waaronder lasmaskers en lashandschoenen,
zijn verkrijgbaar bij uw Silverline handelaar. Reserve onderdelen zijn verkrijgbaar op
toolsparesonline.com
Onderhoud
WAARSCHUWING: Verwijder de stekker van het lasapparaat steeds uit het stopcontact en laat
het apparaat volledig afkoelen voordat u probeert welk onderdeel dan ook aan te brengen of te
vervangen.
Vervangtips
• Tijdens het gebruik kan de punt (23) slijten. Dit zorgt ervoor dat de vlamboog moeilijk onder
controle te houden is.
1. Om de punt te vervangen, verwijdert u de kap (9) van de toorts en schroeft u de punt los
2. Controleer of de nieuwe punt de correcte afmeting bezit voor de gebruikte draad
3. Schroef de nieuwe punt over het einde van de draad, en schroef het geheel in de toorts. Plaats
de kap terug
Schoonmaak
WAARSCHUWING: Ontkoppel de machine van de stroombron voordat u de machine
schoonmaakt of enig onderhoud uitvoert
• Houd uw machine te allen tijde schoon. Verwijder stof of deeltjes, en zorg ervoor dat de
ventilatiegaten nooit geblokkeerd worden
• Gebruik een zachte borstel of een droog doek om het apparaat schoon te maken. Indien deze
beschikbaar is, maak dan gebruik van zuivere droge perslucht om de ventilatiegaten door te
blazen
silverlinetools.com
39