Deze handleiding dient te worden vertaald door de doorverkoper in de taal van het land waar de uitrusting wordt gebruikt, tenzij de vertaling wordt
geleverd door de fabrikant.
Voor uw veiligheid dient u de gebruiksinstructies, controle-instructies en instructies voor onderhoud en opslag strikt in acht te nemen.
De onderneming KRATOS SAFETY kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor elk direct of indirect ongeluk dat zich voordoet als gevolg van
een gebruik anders dan het gebruik bedoeld in deze handleiding. Gebruik deze uitrusting niet voor andere doeleinden dan waarvoor deze is bedoeld!
GEBRUIKSAANWIJZING
verankeringssysteem dat is ontworpen voor gebruik in gebieden waar een borstwering (of dam) een geschikte verankeringsstructuur vormt. Het maakt
toegang, werkzaamheden in de lucht, valbeveiliging en reddings-/evacuatiewerkzaamheden mogelijk tijdens gevelwerkzaamheden.
Het moet worden geïnstalleerd op een borstwering met een minimale dikte van 50 cm en een maximale dikte van 103 cm. Het is ook geschikt voor
borstweringen met muurkappen. De muren moeten sterk genoeg zijn om weerstand te bieden tegen statische belastingen van minstens 14 kN die worden
uitgeoefend in de gebruiksrichting.
Zodra de KARIBA is geïnstalleerd, moet er een veiligheidszone rond de KARIBA worden afgebakend om manipulatie van onbevoegde personen te
voorkomen.
De KARIB-verankering wordt geleverd met de draagriem FA 60 045 01. Deze verankeringslijn is gecertificeerd volgens de norm EN 795:2012 type
B en kan worden gebruikt als back-upverankering voor een gebruiker. De lengte kan worden aangepast van 0,88 m tot 1,30 m en is getest tot 18 kN.
1- De KARIBA installeren:
Draai de 2 klemschroeven (5) zo ver mogelijk los en verwijder de borgpen (3). Installeer het borstweringsankerpunt op de muur, druk de vaste bek (1)
tegen één kant van de muur en schuif de beweegbare bek (4) tot deze contact maakt met de andere kant. Steek de borgpen (3) in de dichtstbijzijnde
gaten. Draai ten slotte de 2 klemschroeven (5) op de muur vast; ze moeten stevig maar niet overdreven strak aangedraaid worden, handvast draaien is
dus voldoende. Controleer de stabiliteit van het geheel en oefen druk uit in de richting waarin de kracht bij gebruik moet worden uitgeoefend om te
controleren of alles goed vast zit.
Verbindingen tussen de ankerpunten (2) en het valbeveiligingssysteem moeten worden gemaakt met behulp van een connector (EN 362) of rechtstreeks
Vaste bek
1
Verankeringspunten
2
3
Borgpen
4
Mobiele bek
5
Klemschroeven
Antislipschijven
6
Veiligheidspinnen
7
Antislip-pad
8
Geleidingskatrollen
9
met behulp van een geschikte knoop. Tijdens het gebruik moet de sluiting van de connector regelmatig worden gecontroleerd.
We adviseren u de plaatsing van dit verankeringspunt uit te voeren onder toezicht van een gekwalificeerd persoon.
1.1 De KARIBA gebruiken:
Als het ankerpunt hangend gebruikt wordt, mag de maximale hoek tussen de loodlijn en het touw van de gebruiker niet groter zijn dan 15° (zie afb. 2
en 3, pagina 4).
Door de positie van de ankerpunten (2) kan de gebruiker gezekerd worden voordat hij de borstwering passeert. Dankzij de geleidingskatrollen (9) kunnen
scherpe rand gepasseerd worden zonder de touwen te beschadigen. Ze kunnen ook nuttig zijn om de gebruiker te evacueren in geval van nood. Het
KARIBA-anker is gecertificeerd voor 2 gebruikers. Zorg ervoor dat het anker stabiel staat bij gebruik.
De KARIBA heeft 4 ankerpunten die ontworpen zijn om bijvoorbeeld te worden gebruikt als:
• Ankerpunt voor het werkkoord waarop de gebruiker zich voortbeweegt over de hoogte van de constructie,
• Ankerpunt voor het veiligheidstouw van de gebruiker,
• Ankerpunt voor het zekeren van de uitrusting,
• Ankerpunt in geval van redding/evacuatie van de gebruiker.
OPGELET! Nadat de verschillende kabels over de geleidingskatrollen zijn geleid, ze vastzetten met de borgpen (7). Dit elimineert het risico dat de
touwen uit de geleidingskatrollen raken en het anker uit balans raakt.
1.2 De verankeringsriem FA 60 045 01 gebruiken:
De verankeringsriem kan niet alleen worden gebruikt als draagriem voor de KARIBA, maar ook als back-upverankering voor een gebruiker. De
verankeringssystemen mogen niet worden geplaatst rond steunen kleiner dan 30 x 30 mm of op grotere steunen die niet compatibel zijn met de lengte
van de leeflijn. Voordat u een verankeringslijn installeert, moet u controleren of de verankeringsstructuur in staat is om een lading van maximaal 12 kN
te dragen in de richting waarin de inspanning van toepassing is.
EN
VOORZORGSMAATREGELEN:
Het
KARIBA-borstweringsanker
15
NL
is
een
tijdelijk,
verplaatsbaar