Beta 1760/RSE Manual De Uso E Instrucciones página 16

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 22
GEBRUIKSHANDLEIDING
GEBRUIK
De signaaldetector maakt het mogelijk om de correcte werking van de verschillende elektromechanische/elektronische
componenten direct op het voertuig te controleren zonder dat er een connector moet worden losgekoppeld. Ga als volgt te
werk:
1. Sluit de voedingskabels van de detector op de accu van het voertuig aan en let er hierbij heel goed op dat de polen zich op
de juiste plaats bevinden.
2. Start de motor.
3. Breng sensor A dichter bij connector B van het te testen onderdeel (zie afbeelding).
4. De correcte werking van het onderdeel wordt aangegeven door het knipperen van lamp C en doordat er een geluidssignaal
wordt afgegeven met een variabele intensiteit en frequentie, afhankelijk van de elektrische kenmerken van het signaal dat
naar het onderdeel wordt gezonden.
TOEPASSINGSVOORBEELDEN:
Piëzo-elektrische
common rail
injectoren Siemens
INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER EN OPSPOORBARE STORINGEN
De test van de elektromechanische/elektronische componenten die met de signaaldetector wordt verricht, maakt het mogelijk
om de volgende soorten defecten te identificeren:
• Er is geen stroomtoevoer naar de regeleenheid of de regeleenheid werkt niet goed (signaal wordt niet op alle of de meeste
componenten gedetecteerd).
• Valse contacten in de bedrading tussen besturingseenheid en component.
• Intern elektronisch circuit van de component onderbroken.
• Kortsluiting naar massa of naar +12V in de component.
Sommige abnormale meldingen kunnen te wijten zijn aan storingen veroorzaakt door onderdelen van de motor die de
gevoeligheid van de detector beïnvloeden. Als het moeilijk is om het signaal te detecteren, is het raadzaam om de sensor op
de behuizing van het te onderzoeken component te verplaatsen of op de aansluiting van de bedrading in de component zelf.
Bij sommige common rail-systemen wordt de elektrische regeling voor het openen van de injectoren niet door de regeleenheid
gegenereerd tot de brandstofdruk de vooraf ingestelde waarde bereikt. Dit kan de bediener misleiden, die de oorzaak dat de
motor niet start kan toeschrijven aan een elektrisch probleem, doordat het niet lukt het signaal te detecteren.
De signaaldetector is niet in staat om de werking van bepaalde componenten te detecteren:
• Injectoren met speciale weerstanden (bijv. met een weerstand van ongeveer 4 Ω).
16
Bosch common
rail injector
ELEKTRISCHE
MAGNETVENTIEL
INJECTOREN
MET VARIABELE
GEOMETRIE
B
B
A
Magnetventiel
STROOMREGELAAR HOOGSPANNINGSSPOEL
B
B
C
NL
Delphi
stroomregelaars

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido