Onderhoud
5
Onderhoud
5.1
Onderhoudsintervallen
Informatie over onderhoudsmaatregelen: zie Technisch
handboek
5.2
Reiniging en desinfectie
VOORZICHTIG
!
Mogelijke beschadiging van de helm!
Voor het reinigen en ontsmetten geen oplosmiddelen
(bijv. aceton, alcohol) of reinigingsmiddelen met
schurende
deeltjes
beschreven methoden toepassen en de genoemde
reinigings-
en
Andere middelen en methodes, doseringen en
inwerktijden kunnen het product beschadigen.
Gecoate vizieren mogen niet worden gedesinfecteerd,
omdat door het desinfectiemiddel de coating verloren
gaat.
Gecoate vizieren mogen niet machinaal worden
gereinigd, omdat daardoor de coating beschadigd
raakt.
Zie voor informatie over geschikte reinigings- en
desinfectiemiddelen en de specificatie daarvan het
document 9100081 op www.draeger.com/IFU.
De
vizieren
kunnen
ruitenschoonmaakmiddel
gereinigd.
1. Vizieren,
textielonderdelen
comforthaarnet) en elektronische componenten van de
brandweerhelm demonteren en afzonderlijk reinigen.
2. Een reinigingsoplossing van water en een reinigingsmiddel
voorbereiden. Als alternatief kan ook lauw zeepsop of
water worden gebruikt.
3. Helmcomponenten als volgt reinigen:
Helmschaal:
Met een zachte doek en de reinigingsoplossing
reinigen.
Met schoon water afspoelen en droogwrijven.
Textielonderdelen:
Met de reinigingsoplossing reinigen.
Met schoon water spoelen.
Aan de lucht laten drogen.
Vizieren:
Met lauw zeepsop of water reinigen.
Met schoon water afspoelen en droogwrijven.
Nekbescherming:
zie Technisch handboek.
4. Vizier met anticondensmiddel kp-Comfort bevochtigen.
Wanneer het binnenwerk moet worden gedesinfecteerd:
1. Een desinfectiebad van water en een desinfectiemiddel
klaarmaken.
2. Alle componenten die moeten worden gedesinfecteerd in
het desinfectiebad leggen.
3. Alle onderdelen onder stromend water grondig afspoelen.
4. Alle componenten aan de lucht of in de droogkast laten
drogen (temperatuur: max. 60 °C). Tegen rechtstreeks
zonlicht afschermen.
38
gebruiken.
Uitsluitend
ontsmettingsmiddelen
gebruiken.
ook
met
een
alcoholvrij
of
kp-Comfort
(bijv.
nekbescherming,
5.3
Onderhoudswerkzaamheden
De volgende servicewerkzaamheden worden in de regel niet
door de brandweerman, maar door het servicepersoneel
uitgevoerd. Deze staan om die reden in het Technisch
handboek beschreven:
Vizier vervangen
Hoofdpad vervangen
Hoofdbandenstel vervangen
Binnenwerk vervangen
Brilhouder vervangen
6
Transport
de
De
brandweerhelm
getransporteerd. Wanneer de brandweerhelm in een PE-zak is
verpakt of afdoende is ingepakt in pakpapier, kan deze ook in
een
doos
worden
componenten
brandweerhelm gemonteerd blijven. Het vizieren moet
omlaaggeklapt zijn.
7
Opslag
De brandweerhelm koel en droog op een beschermde plaats
opslaan. Tijdens opslag rechtstreeks zonlicht vermijden, om
een mogelijke beschadiging van de lak door UV-straling (met
name bij lichtgevende lak) op langere termijn te voorkomen.
Vizieren in een schone, droge omgeving zonder rechtstreekse
zonnestraling opslaan.
worden
In de originele verpakking zijn de vizieren in beschermende
folie verpakt. Deze folie dient bij opslag niet te worden
verwijderd. Voor het overige wordt opslag in op de
brandweerhelm gemonteerde toestand aanbevolen.
Vermijd opslag in de buurt van agressieve stoffen (bijv.
oplosmiddelen en brandstoffen). Opslagtemperatuur 0 °C tot
45 °C,
bij
luchtvochtigheid tot 90 %.
8
Verwijdering als afval
8.1
Levensduur
De
gebruiksgeschiktheid
(hoofdstuk 4.4 op pagina 37). De gebruikslevensduur van de
helm en de vizieren hangt af van de volgende factoren:
Gebruikte materialen
Omgeving waarin de helm wordt gebruikt en opgeslagen
Aard van de belasting
Reglementair gebruik
Inachtneming van de onderhoudsmaatregelen
Verdere informatie is verkrijgbaar bij Dräger.
8.2
Aanwijzingen voor afvoeren
Brandweerhelm en toebehoren als afval verwijderen conform
de landelijke voorschriften.
kan
in
een
getransporteerd.
kunnen
tijdens
het
normale
omgevingsdruk
na
iedere
helmtas
worden
Alle
gemonteerde
transport
op
de
en
relatieve
inzet
controleren
Dräger HPS 4500