CoolAir RTX1000, RTX2000
7.3
Installatiebevestiging voorbereiden
➤ Indien vereist:
De 8 fabrieksboringen tot een diameter van 8,5 mm (afb. 6) vergroten.
7.4
Installatie voorbereiden
A
LET OP!
Beveilig de installatie bij de voorbereidingen op het werkoppervlak tegen
vallen.
Let op een vlakke en schone ondergrond, zodat de installatie niet wordt
beschadigd.
Ga als volgt te werk (afb. 7):
➤ standairco met de behuizing naar onder op een werkoppervlak leggen.
➤ De 8 zelftappende draadinzetstukken M8 in de met „1" gekenmerkte blinde
gaten draaien.
Gebruik hiervoor de meegeleverde 1/4"-bit.
➤ De 4 zelftappende draadinzetstukken M6 in de met „7" gekenmerkte blinde
gaten draaien.
Gebruik hiervoor een 5 mm zeskantbit.
7.5
Afdichting met dak van bestuurderscabine
aanbrengen
A
LET OP!
Zorg ervoor dat het hechtvlak voor de afdichting tussen installatie en dak van
de bestuurderscabine schoon is (vrij van stof, olie enz.) is.
➤ Afdichtband op het dak van de bestuurderscabine plakken (afb. 8 A).
Volg de contour van de afdichting. De stootrand moet onder zijn.
– 10 x 20 mm voor de gebruikelijkste inbouwomgevingen
– 35 x 20 mm, indien tussen installatie en dak van bestuurderscabine meer
plaats nodig is
➤ Stootrand en bovenrand van de afdichtband voorzien van een plastisch, niet-
uithardend butylafdichtingsmateriaal (bijvoorbeeld SikaLastomer-710)
(afb. 8 B).
NL
Installatie
79