BIJLAGE
ONDERHOUD EN SERVICE
De reiniging van het flitsapparaat moet gebeuren met een droge,
zachte reinigingsdoek (bijvoorbeeld microvezeldoek). Bij sterkere
verontreinigingen kan de reiniging gebeuren met een slechts licht
vochtige, zachte reinigingsdoek.
Belangrijk:
Gebruik nooit reinigingsvloeistof. Als reinigingsvloeistof in het
apparaat binnendringt, kunnen de onderdelen die zich daar
bevinden, onrepareerbaar beschadigd raken.
DE FLITSCONDENSATOR FORMEREN
De in het flitsapparaat ingebouwde flitscondensator ondergaat een
fysische verandering, als het apparaat langere tijd niet wordt
ingeschakeld. Daarom moet het apparaat ieder kwartaal minimaal
10 minuten zijn ingeschakeld.
De stroombronnen moeten daarbij zoveel energie leveren dat de
flitsparaatheidsweergave uiterlijk 30 seconden na het inschakelen
oplicht.
HULP BIJ STORINGEN
Mocht het ooit gebeuren dat bijvoorbeeld het flitsapparaat niet
volgens de verwachtingen functioneert, schakel het dan circa 10 s
uit met de hoofdschakelaar. Controleer de correcte stand van de
flitsapparaatvoet in de accessoireschoen van de camera, en de
camera-instellingen. Vervang de batterijen door nieuwe of
opgeladen batterijen! Het flitsapparaat moet ook na het inschake-
len weer 'normaal' functioneren.
Als dat niet zo is, neem dan contact op met uw vakhandelaar.
Hieronder zijn enkele problemen genoemd die bij het gebruik van
flits kunnen optreden. Onder de betreffende punten zijn mogelijke
oorzaken respectievelijk oplossingen voor deze problemen
opgesomd.
Het AF-hulplicht van het flitsapparaat wordt niet geactiveerd
– Het flitsapparaat is niet klaar om te flitsen.
– De camera werkt niet in de modus 'Single-AF (S-AF)'.
– De camera ondersteunt slechts het eigen, interne AF-hulplicht.
Verschillende cameratypen ondersteunen slechts met de
centrale AF-sensor van de camera het AF-hulplicht in het
flitsapparaat.
Als een decentrale AF-sensor wordt geselecteerd, wordt het
AF-hulplicht in het flitsapparaat niet geactiveerd!
→ Centrale AF-sensor activeren!
NL
93