NEDERLANDS
1
Knop
2
Accu
3
Schroef
4
Kettingwielbeschermer
5
Inbussleutel
6
Bout
7
Zwaard
8
Snijschakel
9
Draairichting
10 Kettingwiel
11 Regelveer voor kettingspanning
12 Hol gedeelte van zwaard
TECHNISCHE GEGEVENS
Model
Kettingsnelheid per minuut ............................ 160 m/min.
Effectieve zaaglengte ......................................... 115 mm
Zaagkettingtype ...................................................... 25AP
Zaagkettingsteek ....................................................... 1/4"
Aantal kettingschakels ................................................. 42
Netto gewicht ......................................................... 2,2 kg
Nominale spanning ..............................12 V gelijkstroom
• In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
• Opmerking: De technische gegevens kunnen van land
tot land verschillen.
Doeleinden van gebruik
Het gereedschap is bedoeld voor het afzagen van tak-
ken.
Veiligheidswenken
Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheids-
voorschriften q1uwkeurig op te volgen.
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR
ACCULADER EN ACCU
1.
Lees alle voorschriften en waarschuwingen op
(1) de acculader, (2) de accu, en (3) het product
waarvoor de accu wordt gebruikt, aandachtig
door alvorens de acculader in gebruik te nemen.
2.
Neem de accu niet uit elkaar.
3.
Als de gebruikstijd van een opgeladen accu aan-
zienlijk korter is geworden, moet u het gebruik
ervan
onmiddellijk
gebruik kan oververhitting, brandwonden en
zelfs een ontploffing veroorzaken.
4.
Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgekomen,
spoel dan uw ogen met schoon water en roep
onmiddellijk de hulp van een dokter in. Elektrolyt
in de ogen kan blindheid veroorzaken.
5.
Bedek de accuklemmen altijd met de accukap
wanneer u de accu niet gebruikt.
6.
Voorkom kortsluiting van de accu:
(1) Raak de accuklemmen nooit aan met een
geleidend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet in een bak waarin
andere metalen voorwerpen zoals spijkers,
munten e.d. worden bewaard.
18
Verklaring van algemene gegevens
13 Kettingolie
14 Zaagketting
15 Ontgrendelknop
16 Trekschakelaar
17 Kettingbeschermer (kettingkast)
18 Accudeksel
19 Zaagpuntbescherming
20 De zaagkracht duwt de
kettingzaag naar de gebruiker
toe.
21 Voorvlak van machinehuis
UC120D
stopzetten.
Voortgezet
22 De zaagkracht trekt de
23 Ondiepe ondersnede
24 Zaag de rest van de snede van
25 De kettingzaag zal
26 De tak zal splinteren.
27 Schroevendraaier
28 Spijker
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan oorzaak zijn van
een grote stroomafgifte, oververhitting, brand-
wonden, en zelfs defecten.
7.
Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
8.
Werp de accu nooit in het vuur, ook niet wanneer
hij zwaar beschadigd of volledig versleten is. De
accu kan namelijk ontploffen in het vuur.
9.
Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen
en hem niet blootstelt aan schokken of stoten.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
Tips voor een maximale levensduur van de accu
1.
Laad de accu op voordat hij volledig ontladen is.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad de
accu op telkens wanneer u vaststelt dat het ver-
mogen van het gereedschap is afgenomen.
2.
Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw
op. Als u de accu te veel oplaadt, zal hij minder
lang meegaan.
3.
Laad de accu op bij een kamertemperatuur tus-
sen 10°C en 40°C. Laat een warme accu afkoelen
alvorens hem op te laden.
4.
Laad de nikkel-metaalhydride accu op telkens
wanneer u hem langer dan zes maanden niet
hebt gebruikt.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR DE KETTINGZAAG
1.
Stel de kettingzaag niet bloot aan regen. Gebruik
de kettingzaag niet op vochtige of natte plaat-
sen.
2.
Houd de kettingzaag stevig vast met beide han-
den wanneer de motor draait.
3.
Installeer de zaagketting op de juiste wijze vol-
gens de instructies in deze gebruiksaanwijzing.
4.
Reik niet te ver. Zorg ervoor dat u altijd stevige
steun voor de voeten hebt en uw evenwicht
behoudt.
5.
Houd alle delen van uw lichaam uit de buurt van
de zaagketting wanneer de motor draait.
6.
Controleer of de zaagketting met niets in aanra-
king komt, alvorens de zaag te starten.
7.
Schakel de kettingzaag onmiddellijk uit wanneer
u tijdens het gebruik iets abnormaals opmerkt.
kettingzaag van de gebruiker
weg.
boven af.
vastgeklemd raken.