Hazet-Werk 2588/19 Instrucciones De Uso página 58

NL
3. Voor ingebruikname
Het gebruik en het onderhoud
van dit gereedschap dient steeds
overeenkomstig de landelijke
bepalingen en/of voorschriften te
gebeuren.
• Voor aanvang van de werkzaamheden de
motor van de stroomvoorziening ontdoen.
Lees de gebruiksaanwijzing van de motor
en/of apparaten (b.v. radio etc.) grondig
door.
BELANGRIJK
Instellingen zoals radio-codes zeker-
stellen.
LET OP!
Omhoog gebrachte voertuigen tegen
wegglijden borgen.
BELANGRIJK
Uitsluitend
gebruiken.
4. Ingebruikname
Tandriem-wissel
Diesel/Benzinemotoren
AUDI – SEAT – SKODA – VOLKSWAGEN
4.1 Dieselmotoren
• Standaard inspuitsystemen
Dieselmotoren D / TD / SDi / TDi
• Pomp bij injector Diesel motoren
4.2 Benzinemotoren
• Alle, ook motoren met 2 bovenliggende
nokkenassen
4.3 Artikel overzicht (zie blz. 57)
• Vergelijk met VAG artikelnummers
4.1 Dieselmotoren
•
Standaard inspuitsystemen
Dieselmotoren D / TD / SDi / TDi
Afbeelding
Nockenwelle justieren
➪ Unter Anwendung von HAZET 2588-5 und
HAZET 2588-6 Nockenwellen- Fixierleiste
➪ Zie toepassingstabellen blz. 6-11
voor modellen/motortypen
• Motor op B.D. stellen. In deze positie kan de
blokkering Hazet 2588-5 in de gleuf van de
nokkenas worden gebracht en verhinderd
het draaien van de as.
Werkzaamheden aan motoren mogen uitsluitend door vakbekwame personen
uitgevoerd worden. Altijd persoonlijke beschermingsmiddelen dragen.
58
Opbouw en functie
de juiste onderdelen
1
, blz. 3
• De motor aan de krukas verdraaien tot de
aanslag van de blokkering Hazet 2588-5
tegen de cilinderkop ligt.
• Met de HAZET voelermaat (2147) de afstand
tegenover het einde van de blokkeerpen
meten.
• De halve afstand tussen de blokkeerpen en
de cilinderkop met de voelermaat invoegen.
• De motor draaien tot de blokkeerpen tegen
de voelermaat ligt.
• Een tweede voelermaat met dezelfde maat
aan het andere einde tussen de blokkeerpen
en de cilinderkop invoegen.
2
Afbeelding
Bij sommige 1.9L TDi motoren (zie toe-
passingstabel) vervalt de demontage van
het cilinderdeksel.
• De vacuümpomp moet gedemonteerd wor-
den. Aan het einde van de nokkenas bevindt
zich een gleuf.
• De blokkeerpen HAZET 2588-6 met 2
bouten in de pompbevestiging schroeven
en de blokkeerpen in de gleuf voegen.
3
Afbeelding
Injectiepomp borgen
➪ Met gebruik van de HAZET 2588-3 en
HAZET 2588-7
➪ Zie toepassingstabellen blz. 6-11
voor modellen/motortypen
• De injectiepomp-borgstiften door uitsparin-
gen in de tandwielschijf in de motorboringen
aanbrengen.
• 2588-3 insteekstift wordt gebruikt als een
2-delige tandriemschijf gemonteerd. Deze
schijven zijn met 3 bouten geborgd. De stif-
ten worden door de steun in de motorboring
geplaatst.
4
Afbeelding
2588-7 borgstift wordt bij motoren met
een 1-delig pompschijf gebruikt.
, blz. 3
, blz. 3
, blz. 3