Onderhoud En Inspectie - Hitachi D 13VB2 Instrucciones De Manejo

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 22
aanbrengen van de diepteaanslag aan de handgreep
zet men de aanslagstaaf in de U-vormige groef van
de handgreep, de diepteaanslag wordt op de
gewenste diepte ingesteld en men draait de
knopmoer vast.
8. Omschakelen van een hoog toerental naar een laag
toerental
Voor het veranderen van toerental draait u de
toerentalkiezer in de gewenste richting, zoals
aangeduid wordt in Afb. 7 d.m.v. de pijl. Het op
de kast ingeslagen d.m.v. de pijl. Het op de kast
ingeslagen chijfer "1" betekent laag toerental, het
cijfer "2" betekent een hoog toerental.
PRAKTISCHE WERKWIJZE
1. Instelling draaisnelheid en bediening van schakelaar
De draaisnelheid kan ingesteld worden op 0 tot
maximum snelheid door de trekkracht van de
schakelaar te veranderen. Hoe meer de trekker
aangetrokken wordt, hoe sneller de boor gaat
draaien. Maximale draaisnelheid wordt verkregen
door de schakelaar geheel in te trekken. (voor
D13VB2)
Door de schakelaar aan te trekken en de stopper
in te drukken blijft de boor kontinue doorlopen,
hetgeen gemakkelijk is voor langduring boren. De
stopper kan ontkoppeld worden door de schakelaar
nogmaals aan te trekken.
2. Druk
Het boren wordt niet bespoedigd door het uitoefenen
van een sterke druk op de boor. Extra druk leidt
tot een beschadigde boor, een verminderde
boorprestatie en/of kortere levensduur van de
boormachine.
3. Het gebruik van een boor met grote diameter
Hoe groter de boordiameter, des te sterker is de
op de arm terugwerkenede kracht. Men moet er op
letten, dat men op grond van deze terugwerkende
kracht niet de macht over de boor machine verlist.
Voor een goede controle is een zekere stand vereist,
men moet de boormachine met beiden handen
vasthouden en er voor zorgen, dat de boormachine
loodrecht op het materiaal staat, waarin men boort.
4. Bij het boren door het materiaal
Wanneer de boor volledig door het materiaal
heenboort, leidt een achteloze hantering dikwills tot
een afgebroken boor of tot een beschadiging van
de boormachine zelf op grond van de plotselinge
beweging van de boormachine.
Men moet er steeds op voorbereid zijn de druk bij
het doorboren van het materiaal te verminderen.
5. Veiligheidsmaatregelen bij het boren
De boor kan tijdens het bedrijf oververhit worden,
is echter nog in staat verder te functioneren. De
boor niet afkoelen in water of olie.
6. Veiligheidsmaatregelen onmiddelijk na het gebruik
Onmiddellijk na gebruik kan, wanneer de
boormachine nog draait, en op een plaats gelegd
werd, waar zich aanzienlijke hoeveelheden boorafval
en stof opeengehoopt hebben, stof in het
boormechanisme gezogen worden. Op deze
ongewenste mogelijkheid moet steeds gelet worden.

ONDERHOUD EN INSPECTIE

1. Inspektie van de boorpunt
Langdurig gebruik van een versleten en/of
beschadigde boorpunt resulteert in verminderde
efficientie ne kan de boor overbelasten. Kontroleer
de boor regelmatig, en vervang deze indien nodig.
2. Inspectie van de boor en schroefdraadsnijder
Aangezien het verder gebruiken van een versleten
boor of schroefdraadsnijder het bedrijsvermogen
vermindert en eventueel een overbelasting van de
motor kan veroorzaken, moet de boor of
schroefdraadsnijder meteen vervangen of geslepen
worden, wanneer een bovenmatige slijtage worden,
wanneer een bovenmatige slijtage wordt vastgesteld.
3. Onderhoud van de motor
De motorvikkeling is het "hart" van het electrische
gereedschap. Er moet daarom bijzonder zorgvuldig
op gelet worden, dat de wikkeling niet beschadigd
en/of met olie of water bevochigd wordt.
4. Inspektie van de koolborstels (Afb. 8)
De motor gebruik koolboorstels, die aan slijtage
onderhevig zijn. Versleten koolborstels kunnen
schade aan de motor opleveren, en dienen
vervangen te worden met koolborstels met het zelfde
nummer wanneer deze versleten zijn, zoals de
illustratie aangeeft ("wear limit"). Zorg er bovendien
voor dat de koolborstels altijd schoon zijn en dat
ze vrij in de houders kunnen bewegen.
5. Het verwisselen van de koolborstel: (Afb. 9)
Uit elkaar nemen:
(1) De drie schroeven aan het deksel van de machine
worden losgedraaid en het deksel wordt verwijderd.
(2) De borstelhouder wordt er samen met de koolborstel
uitgenomen, waarbij er zorgvuldig op gelet moet
worden, niet met geweld aan de kabels in de
borstelhouder te trekken.
(3) Men trekt de klem van de borstel er af en neemt
de koolborstel uit de borstelhouder.
Montage:
(1) De nieuwe koolborstel zet men in de borstelhouder
en men sluit de klem aan de koolborstel aan.
(2) De borstelhouder en de overige delen worden, zoals
aangetoond in Afb. 9, op de oorspronkelijke plaats
teruggebracht.
(3) De kabel wordt op de voorgeschreven plaats
gebracht. Er moet zorgvuldig op gelet worden, dat
de kabel niet in aanraking komt met het armatuur
of met draaiende gedeelten van de motor.
(4) Het deksel van de machine wordt er weer opgezet,
waarbij er op gelet moet worden, dat geen enkele
kabel vastgeklemd wordt. Het deksel bevestigt men
weer met de drie schroeven.
LET OP
Wanneer een kabel door het deksel van de machine
vastgeklemd wordt of in aanraking komt met het
armatuur of met draaiende delen van de motor, dan
bestaat er voor de gebruiker een aanzienlijk gevaar
een electrische schok te krijgen. Bij het uit elkaar
nemen en monteren van de motor moet men de
vooraf beschreven werkwijze zorgvuldig aanhouden
en met uiterste zorgvuldigheid te werk gaan.
Probeer niet, delen uit elkaar te nemen, in zoverre
dit voor het verwisselen van de koolborstel niet
noodzakelijk is.
Nederlands
20

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

D 13t2

Tabla de contenido