4.3 RESTRISICO'S VAN HET PRODUCT
De restrisico's van het product zijn mogelijk contact (ook ongewenst) van
dunne voorwerpen (bv. schroevendraaier, stokjes en dergelijke) met de
motorventilator (koelwaaier) via de openingen van de afscherming.
5. VERPLAATSING EN OPSLAG
5.1 VERPLAATSING
Neem de geldende normen voor ongevallenpreventie in acht.
Mogelijk gevaar voor beknelling. Het product kan zwaar
zijn, gebruik geschikte hefwerktuigen-/methoden en
kleding.
Om de motor te verplaatsen en te transporteren moeten geschikte mid-
delen worden gebruikt, en er moeten de nodige voorzorgsmaatregelen
worden getroffen om te voorkomen dat het product zelf kan kantelen of
omslaan.
Gebruik voor motoren met vermogens ≥ 5,5 kW de hiervoor bestemde
hijsogen, die alleen zijn ontwikkeld voor het gewicht van de motor.
Voeg geen belastingen toe aan de motor.
5.2 OPSLAG
a) Bewaar het product op een overdekte en droge plek, uit de buurt
van warmtebronnen en beschermd tegen vuil en trillingen.
b) Bescherm het product tegen vochtigheid, warmtebronnen en me-
chanische schade.
c) Plaats geen zware voorwerpen op de verpakking.
d) Het product moet worden opgeslagen bij een temperatuur tussen
+10°C en +40°C (50°F en 104°F) en een relatieve vochtigheid van
50%.
e) Te lange opslag kan leiden tot gebreken in de lagers vanwege de
statische belasting.
6. TECHNISCHE CONSTRUCTIEKENMERKEN
6.1. TOEPASSINGSGEBIEDEN
De laagspanningsmachines moeten worden gebruikt voor industriële
installaties, in overeenstemming met de harmonisatienormen DIN
VDE0530/EN60034.
Er moet aandacht besteed worden aan eventuele speciale
aanwijzingen omtrent het gebruik ervan.
De motoren van de serie ETM zijn ontworpen om te functioneren in
omgevingen met een temperatuur tussen – 20°C en + 40°C op een
hoogte van ≤ 1000 m boven zeeniveau. Gebruik corrigerende factoren
voor andere werkingsvelden. De gebruiksomstandigheden moeten
overeenstemmen met de gegevens op het typeplaatje.
6.2. BESCHRIJVING
LET OP!
Als het product voor ongeschikte doeleinden
wordt gebruikt, kan de garantie komen te vervallen
Oneigenlijk gebruik van de motor kan gevaar-
lijke omstandigheden, persoonlijk letsel en/of
materiële schade veroorzaken.
De ETM-motoren zijn asynchrone driefasige laagspanningsmotoren
met kortsluitanker op wisselstroomvoeding, met externe ventilatie en
beschermingsgraad IP55 conform de normen EN 60034.
De laagspanningsmotoren zijn onderdeel van een machine volgens de
omschrijving in de Machinerichtlijn 2006/42/EG.
Het is verboden om een machine met een laagspanningsmotor in
bedrijf te stellen als het eindproduct niet conform de norm EN 60204-1
is.
6.3. VENTILATIE
De luchtinlaten moeten regelmatig worden
gereinigd,
mede
omgevingsomstandigheden.
De koellucht stroomt vanaf de achterkant naar de voorkant van de
motor. De afstand tussen de luchtinlaten van de koelwaaierkap en de
wand of een andere machine mag niet kleiner zijn dan 100 mm. De lucht
die uit de motor komt mag niet opnieuw worden aangezogen door de
koelwaaier. De luchtin- en uitlaten moeten schoon gehouden worden
om de motor zelf goed afgekoeld te houden.
7. TECHNISCHE GEGEVENS
7.1. TECHNISCHE MOTORGEGEVENS
M.E.
Type
Beschermingsgraad
IP
Max. aantal starts
per uur
Isolatie- en
overtemperatuurklasse
Type gebruik
Elektrische gegevens
f min = 25 Hz
f max= 60 Hz
* Åpne avløpshullet i motorflensen ved å ta ut støpselet for å unngå
kondens, dette reduserer motstanden mot motorvern i IPX4.
7.2. TYPEPLAATJE
Het gegevensplaatje is een aluminium etiket dat is aangebracht op de
motoren. Hierop staan de technische eigenschappen vermeld.
Numerieke beschrijvingen:
1)
"P/N"
Motorcode
2)
"TYPE"
Motormodel
3)
"kW"
Nominaal motorvermogen
4)
"V"
Nominale spanning(en) bij 50 Hz
5)
"A"
Nominale stroom/stromen bij 50 Hz
6)
"min-1"
Rotatiesnelheid bij 50 Hz
7)
"cos φ"
Vermogensfactor bij 50 Hz
8)
"η"
Rendement bij 50 Hz (Efficiëntieniveau "IE")
afhankelijk
van
de
ETM
T.E.F.C.
(gesloten motor met geforceerde
luchtafzuiging)
55*
Aant.
kW
30
0,75 ÷ 3,0
20
4,0 ÷ 7,5
15
11
F
(met overtemperatuur klasse B)
Continu S1
Zie typeplaatje
NL
23