Waarschuwing: het is belangrijk voor de veiligheid van het kind om het tuigje aan te passen, zodat er minder dan een vinger
tussen het tuigje en het kind moet zijn.
Let op: de veiligheidsgordel mag niet worden losgemaakt of gedraaid.
INSTALLATIE ALS GROEP I (9-18 kg)
Plaats het kinderzitje naar voren gericht op de voertuigstoel (in de rijrichting).
Trek het diagonale riemgedeelte door de riemgeleider 2.
Plaats het heupgordeldeel in de rode riemgeleider 3.
Trek de veiligheidsgordel van de achterkant naar de zijkant, en het heupgordelgedeelte uit de riemgeleider 3 van de basis.
Eén zijde van de diagonale riem door de rugleuning en de riemgeleider 3, een andere zijde langs de bovenkant binnen.
Druk het kinderzitje naar beneden, trek de autogordel als volgt aan: trek aan het onderste gedeelte van de diagonale veili-
gheidsgordel bij de gesp van de autostoel om de heupgordel strak te trekken.
INSTALLEREN MET ISOFIX EN VERANKERING BOVENAAN
< 13 kg
INSTALLEREN MET 3-PUNTSRIEM
(Universeel)
(Universeel)
1
2
99