gordellus (I) (Fig. 7) en maak de autogordel
vast.
WAARSCHUWING! Het diagonale gedeelte
van de driepuntsgordel mag niet in de basis
ingebracht worden.
3. Sluit het luikje van de spanner (B) en contro-
leer of de bovenste knop (A) volledig inge-
trokken is (Fig. 8)
WAARSCHUWING! Laat de autogordel NOOIT
op andere plaatsen lopen dan de aangeduide.
WAARSCHUWING! Controleer altijd of de gor-
del gelijkmatig over alle punten is verdeeld en
niet verdraaid zit.
WAARSCHUWING! Verzeker u ervan dat de
bevestiging correct is uitgevoerd en contro-
leer of de rode signalering op de knop (A) niet
zichtbaar is.
DEÏNSTALLATIE
Trek aan de bovenste knop van de basis (A), dat
zorgt ervoor dat u het luikje van de spanner (B)
kunt openen met de speciale gegleufde greep
(Fig. 4), maak de driepuntsgordel van de auto
los en verwijder hem uit de speciale gordelge-
leiders.
2.2 INSTALLATIE VAN HET STOELTJE OP DE
BASIS
INSTALLATIE VOOR GROEP 0+ (0-13 kg)
WAARSCHUWING! Als het wordt gebruikt voor
Gr. 0+ (van 0 tot 13 kg), installeert u het altijd te-
gen de rijrichting in. Als de voorzitting van de
auto met een airbag is uitgerust, schakelt u de
airbag uit voordat u het autostoeltje installeert.
Levensgevaar of gevaar voor ernstig letsel.
WAARSCHUWING! De punten waar de gor-
dels voor de installatie voor Gr. 0+ (0-13 kg)
doorgehaald moeten worden, zijn BLAUW
aangegeven.
WAARSCHUWING! Gebruik het verkleinkussen
nooit als het kind meer dan 6 kg weegt.
1. Bevestig het stoeltje aan de basis (tegen de
rijrichting in), ga als volgt te werk om de han-
deling correct uit te voeren: duw de voorste
bevestigingsstaaf (U) in de achterste beves-
tigingszitting van de basis (G), steek vervol-
gens de achterste bevestigingsstaaf (V) in de
voorste bevestigingszitting van de basis (H)
zodat het stoeltje volledig vastzit (Fig. 9).
2. Als het stoeltje bevestigd is, wordt dit ge-
meld door de indicator (E) die groen wordt
(Fig. 10).
WAARSCHUWING! Controleer of het auto-
stoeltje goed aan de basis vastzit, door te pro-
beren het zowel aan de voor- als de achterkant
op te tillen.
3. Zet met de kantelgreep (D) het stoeltje in de
laagste schuine stand. (Fig. 11). In deze stand
staat de indicator (C) op nr. 4.
4. Span het diagonale gedeelte van de gordel
zo veel mogelijk, doe hem achter de zitting
lopen, plaats hem vervolgens op de daar-
voor bedoelde geleider (S) aan dezelfde zijde
als het oprolsysteem van de gordel (Fig.12).
5. Om het stoeltje los te maken van de basis
gebruikt u de veiligheidshendel voor het los-
maken van het stoeltje en trekt u tegelijker-
tijd aan de ontgrendelgreep van het stoeltje
(F) (Fig. 13).
2.3 GEBRUIK VAN VERKLEINKUSSEN (0-6 kg)
Plaats het kind (max. 6 kg) op het verkleinkussen,
steek de knopen ( Z) in hun knoopsgaten (Fig. 14).
Plaats de schouderriemen (M) op de schouders
van het kind en sluit de gesp (O) (Fig. 15).
U kunt het kind samen met het verkleinkussen
uit het stoeltje halen. U dient slechts de gesp
(Fig. 16) los te maken en uw handen in de zak-
ken (X) achter de nek en onder de bips van het
kind te steken (Fig. 17A – 17B).
2.4 INSTALLATIE VOOR GROEP 1 (9-18 kg)
WAARSCHUWING! Als het wordt gebruikt
voor Gr. 1 (van 9 tot 18 kg), installeert u het al-
tijd in de rijrichting .
WAARSCHUWING! De punten waar de gordel
voor de installatie voor Gr. 1 (9-18 kg) doorge-
haald moeten worden, zijn ROOD (T) aange-
geven.
1. Bevestig het stoeltje aan de basis (in de rij-
richting), ga als volgt te werk om de hande-
ling correct uit te voeren: duw de achterste
bevestigingsstaaf (V) in de achterste beves-
tigingszitting van de basis (G), steek vervol-
gens de voorste bevestigingsstaaf (U) in de
voorste bevestigingszitting van de basis (H)
zodat het stoeltje volledig vastzit (Fig. 18).
49